Er is in Nederland een zeer actief clubje rechtbankverslaggevers aan het werk. We schreven onlangs een artikel in de Telegraaf over het gegeven dat openbaarheid van de rechtspraak onder druk staat. Onder meer door plannen om geen inzage in dagvaardingen meer te verstrekken en steeds vaker zittingen achter gesloten deuren te houden.
Naar aanleiding van ons schrijven werden er Kamervragen gesteld (waarvoor dank), maar er kwam ook kritiek op de inhoud. Die kritiek kwam vooral van de (slachtoffer) advocatuur en dat vind ik zorgelijk.
We hebben al eerder meegemaakt dat slachtofferadvocaat Sébas Diekstra (die ik verder hoog heb zitten) bij de rechterlijke macht aan de bel trok omdat de pers inzage heeft in dagvaardingen.
Kritiek
In de vele reacties is onder meer te lezen dat men meent dat het strafrecht ‘niet gebaat is’ bij (massale) media-aandacht en zelfs dat alle zedenzaken met minderjarige slachtoffers achter gesloten deuren horen. Dagvaardingen zouden te privacygevoelig zijn om te delen en journalisten publiceren te veel gruwelijke details.
Nu is het zo dat de (slachtoffer)advocatuur niet zelden al tamelijk activistisch is en ik snap hun rol heel goed, maar dit vind ik oprecht allemaal onbegrijpelijk. Om meerdere redenen.
Dagvaardingen
Ten eerste is het zo dat inzage in dagvaardingen voor ons van groot belang is. Een selecte club journalisten heeft online toegang tot een zogenaamde bestandenpostbus, waar alle rechtbanken en gerechtshoven informatie over aanstaande zaken publiceren. Er zijn zelfs rechtbanken die alle dagvaardingen ruim op tijd ter inzage neerleggen op de perskamer.
Er zijn echter ook rechtbanken (zoals Amsterdam) die hier niet aan mee doen en zelf perslijsten opstellen, waarop soms in niet meer dan een zinnetje wordt aangeven wat voor zaak het is.
En dat is oprecht niet werkbaar voor ons.
Pietje Puk
Het is voor ons namelijk van groot belang om te weten of de verdachte Piet Pukje heet of Gerard Joling. En dit geldt ook voor het slachtoffer. Het is nu eenmaal zo dat bekende mensen of mensen met een bepaalde functie die iets flikken of slachtoffer worden een grotere nieuwswaarde hebben.
Niet iedere zedenzaak haalt de krant, maar wel als de verdachte een bekende rapper of voetballer is of het slachtoffer een reality-ster. Net zoals het ook journalistiek relevant is om te weten of betrokkenen bejaard zijn of nog maar een kind.
Sancties
Er zijn op dit moment goed werkbare regels rond die dagvaardingen. Er rust een embargo op tot de zitting en we mogen geen contact zoeken met de personen in die dagvaarding. Hier tekenen wij ook voor. Die regels zijn prima te sanctioneren als er toch iemand over de schreef gaat.
De rechtspraak weet wie toegang heeft tot de bestandenpostbus en die toegang kan na een klacht ook gewoon ingetrokken worden. We zijn ons goed bewust van de verantwoordelijkheid om prudent om te gaan met de aan ons verstrekte gegevens.
Honderden
Voor mensen die geen rechtbankwerk doen is het wellicht lastig voor te stellen waarom de dagvaardingen zo van belang zijn. Er zijn echter letterlijk iedere dag honderden strafzaken in Nederland. Sterker nog: de grotere rechtbanken draaien in meerdere zalen tegelijk zaken af. Het is dus voor ons fysiek al niet mogelijk om ze allemaal te bezoeken.
En dus moeten we op goede gronden voor aanvang van weer een rechtbankweek een selectie kunnen maken.
Privacy
Dan de stelling dat de privacy van betrokkenen in gevaar is omdat ‘wij’ te veel gruwelijke details zouden publiceren. Dat is a) niet waar (we censureren veel) en b) is het helemaal niet de rol van een niet-neutrale partij zoals de (slachtoffer)advocatuur om te bepalen wat wij wel en niet schrijven.
We zijn en blijven terughoudend als het om details gaat, maar tegelijkertijd dienen wij een zaak wel zo goed te beschrijven dat ook duidelijk is waar het om gaat. Niet alleen is dit journalistiek relevant, maar het maakt bijvoorbeeld ook duidelijk waarom een bepaalde straf of maatregel wordt gevraagd of opgelegd.
Wij als journalistiek gaan ook niet op de stoel van de (slachtoffer)advocaat zitten door bij de rechtspraak het verzoek neer te leggen om de verdediging minder stukken te geven, met als reden dat er nu eenmaal met enige regelmaat door de advocatuur gelekt wordt uit dossiers (ja, dat doen ze).
Deuren
Het sluiten van de deuren bij alle zedenzaken met minderjarige slachtoffers (zoals een slachtofferadvocaat op LinkedIn toejuicht) vind ik helemaal onbegrijpelijk. Dat zou dus betekenen dat er niet meer vanuit het strafrecht geschreven kan worden over kindermisbruik.
Dat lijkt mij zeer ongewenst.
Kindermisbruik is een groot probleem in Nederland en het is essentieel om het publiek te kunnen informeren over wie deze feiten plegen, wat de motieven zijn en hoe ze te werk gaan.
Al was het maar omdat de goegemeente nog steeds denkt dat het allemaal pedofielen zijn en we met chemische castratie een eind kunnen komen.
Spoiler: we don’t.
Controle
Dit staat nog los van het harde gegeven dat dan de controlerende rol van de pers wegvalt. Die hele openbaarheid van de rechtspraak is immers ooit bedacht om te voorkomen dat de rechtspraak ongecontroleerd recht kan spreken.
De rechtspraak is er niet voor zichzelf, maar voor de maatschappij. De rechtspraak heeft bij uitstek draagvlak nodig in de samenleving en het is de pers die op een professionele en neutrale wijze de rechtspraak over het voetlicht brengt.
Rol
En dan is er nog iets.
De toenemende rol van de slachtofferadvocatuur tijdens zittingen waar het zou moeten draaien om de schuld of onschuld van de verdachte wringt wat mij betreft al (want onschuldpresumptie), maar als de slachtofferadvocatuur zich nou ook nog gaat bemoeien met hoe wij ons werk doen, dan is het hek wel van de dam.
Al sedert enkele jaren worden wij in rechtszalen geconfronteerd met te weinig werkruimte omdat slachtofferadvocaten een tafel nodig hebben (en worden soms zelfs hele perskamers omgetoverd tot tijdelijk advocatenkantoor), laten we er nou niet voor zorgen dat ze ook nog eens figuurlijk op onze stoel gaan zitten.
Rechtspraak
Het zou op zich allemaal nog niet zo zorgwekkend zijn, ware het niet dat de rechtspraak wel degelijk steeds vaker de oren laat hangen naar dit soort geluiden. Resulterend in het daadwerkelijk sluiten van de deuren in zedenzaken vanwege ‘privacy’.
Toen ik begon in de rechtbank in 2001 kon je nog rustig achteroverleunen als een advocaat verzocht om de deuren te sluiten, dat werd vrijwel altijd geweigerd.
Nu ben je daar niet meer zo zeker van.
Badinerend
We hebben het zelfs al meegemaakt dat een rechter in een strafzaak de aanwezige pers op een wel heel badinerende wijze de les ging lezen. Hij gaf aan dat de zaak voor de pers ‘gewoon een verhaal is’, maar voor de betrokkenen realiteit.
Alsof we een stel gevoelloze kleuters zijn zonder enig inzicht in wat we aan het doen zijn en waarom we dat doen.
Dit alles stoort mij in hoge mate. Kennelijk menen sommige (slachtoffer)advocaten op de stoel van de journalist te moeten gaan zitten. En dat is niet hun rol. Ik bemoei mij er als journalist ook niet mee dat steeds meer advocaten de sociale advocatuur de rug toekeren.
Ik zou zelfs in de verleiding kunnen komen (in lijn van de beschuldiging dat wij sensatiebelust zouden zijn) om hier te stellen dat het hart van advocaten niet op de goede plek zit en ze louter kiezen voor het geld, maar zo flauw zal ik niet zijn.
Bovendien is het voor veel advocaten ook gewoon niet waar.
Saskia
We hebben in Nederland een kwalitatief goede groep ervaren rechtbankverslaggevers en tekenaars die integer werken. Het uithangbord van de rechtbankjournalistiek, Saskia Belleman, is dit jaar niet voor niets verkozen tot journalist van het jaar.
Het gaat niet aan om die groep weg te zetten als een soort losgeslagen, sensatiebeluste journalisten waar de deuren voor moeten worden gesloten en die inzage in dagvaardingen moet worden onthouden.
Daarmee tast je ons werk aan zorg je er voor dat het publiek steeds minder goed op de hoogte wordt gehouden van hoe de rechtspraak werkt.
Integriteit
Ik steek mijn hand in het vuur voor de vaste club rechtbankverslaggevers die wij in Nederland hebben. We denken na over wat we doen en hoe we onze verhalen brengen. Daar waar het eventueel verkeerd gaat, zijn wij prima aanspreekbaar en te corrigeren. Dat dit in de praktijk nooit nodig is, lijkt mij al een teken aan de wand.
Kort en goed: hou de rechtspraak optimaal openbaar, laat ons het werk doen, hou inzage in dagvaardingen en zet ons niet weg als sensatiezoekers.
Waardeer dit artikel!!
Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Je kunt mij ook met een vast bedrag per maand steunen: klik dan hier. Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.
Wat is het probleem nu precies? Journalisten, ook crime-verslaggevers noemen verdachten en slachtoffers toch nooit met naam en toenaam, tenminste dat hoop ik.