Advocaat hoeft zich niet te storen aan slachtoffer

 

‘Deze advocaat brengt met zijn onrechtmatig handelen schade toe aan het slachtoffer’

Dat is de zin die mij nu al een tijdje door het hoofd spookt. Onlangs uitgesproken door een strenge officier van justitie in een zedenzaak.

Over een meisje van 15 jaar (en tien maanden) en een 65-jarige rector die in leslokaal 15 van een grote school iets deed wat volgens het wetboek niet mag.

Het bewuste zinnetje lijkt zo weggelopen uit een doorsnee rechtszaak, maar niets is minder waar. Ik heb het in negen jaar tijd nog nooit zo bont meegemaakt. Een officier die een advocaat verwijt niet alleen de wet aan zijn laars te lappen, maar daarmee ook nog eens een slachtoffer te beschadigen. Heftig.

Ik heb wel eens kritiek op advocaten. Maar er is ook wel eens sprake van bewondering. Zoals nu.

Advocaat Oskar Schuur bleef opmerkelijk kalm onder de zeer zware aantijging van de officier van justitie. Bewonderenswaardig zakelijk.

Schuur stond een man bij die erkent seks te hebben gehad met het toen 15-jarige meisje. Hij zegt alleen dat hij haar nooit heeft gedwongen. Geen verkrachting dus. Het meisje verklaart anders en volgens de rector spreekt ze wat dat betreft niet helemaal de waarheid. Wellicht heeft iemand anders haar wel eens verkracht en projecteert ze dat op deze situatie. Een vertrouwelijk rapport over het slachtoffer van een GGZ-psycholoog moet die stelling onderbouwen.

Inderdaad. Een vertrouwelijk rapport. In handen van de verdediging. Gekregen van een vertrouwenspersoon van het slachtoffer. Daar zit een opmerkelijk verhaal achter. Maar daar gaat het hier even niet om.

Mij gaat het om de rol van de advocaat en de officier.

De officier stelt vol verontwaardiging dat de advocaat het rapport niet aan zijn pleidooi had mogen nieten. Daarmee brengt hij het in het strafdossier en dus onder de aandacht van een openbare rechtszaak. En dat is niet in het belang van het slachtoffer. Privacy.

Het verweer van de advocaat zal sommige mensen wellicht tegen de borst stuiten. Hij stelt onomwonden dat hij zich in een rechtszaak niet hoeft te storen aan de belangen van het slachtoffer. Hij zou zelfs een slechte advocaat zijn en de gedragsregels van de advocatuur overtreden als hij niet alles zou doen om zijn cliënt bij te staan. Omdat hij namelijk de enige is die dat doet. En in zijn eentje tegenover een machtig apparaat staat. Het OM. Bovendien heeft een advocaat niets te maken met het beroepsgeheim van een ander.

Wat mij opvalt is dit:

De officier gebruikt de belangen van een slachtoffer (privacy) om een potentieel ontlastend bewijsstuk uit het strafdossier te houden. Let wel: zij doet dit in een stadium waarbij het nog helemaal niet zeker is of het slachtoffer wel de waarheid en niets dan de hele waarheid spreekt. Het verleden leert dat dit zeker in complexe zedenzaken opvallend vaak niet het geval is.

Daar komt bij dat het helemaal niet aan de officier is om uiteindelijk vast te stellen of en in hoeverre het slachtoffer een echt slachtoffer is. Dat doet de rechtbank en die moet dat bij voorkeur doen op basis van alle bewijsstukken.

Rechtbankverslaggevers zeggen het wel vaker tegen elkaar. Er zijn rechtszaken waar het nogal van belang is om het slachtoffer zelf te zien. Om te weten wie er achter het verhaal op het papier zit.

Want waarom eigenlijk de innerlijke belevingswereld van een verdachte wel tot in detail in kaart brengen om te kijken of hij de waarheid spreekt, maar daarnaast nauwelijks iets willen weten van de betrouwbaarheid van een slachtoffer? Waarom dan ineens genoegen nemen met een in sommige zaken te doen gebruikelijk extra  ‘verhoor’ van het slachtoffer in aanwezigheid van een onderzoeksrechter?

Gelukkig hebben we in Nederland nog een onafhankelijke rechtbank.

En die bracht in deze zaak licht in de duisternis door het vertrouwelijke rapport wel aan het strafdossier toe te voegen, vast te stellen dat de advocaat niets verkeerds had gedaan (GGZ-rapport was uit geheimhouderskring gehaald door slachtoffer zelf) en door vervolgens heel pragmatisch de rechtszaak achter gesloten deuren verder te behandelen. Een simpele oplossing om de privacy van het slachtoffer te bewaken en tegelijkertijd de belangen van een zorgvuldige rechtspraak niet te schaden.

Gerechtigheid.

Delen

0 reacties

  1. Je schrijft o.a. “Waarom dan ineens genoegen nemen met een in sommige zaken te doen gebruikelijk extra ’verhoor’ van het slachtoffer in aanwezigheid van een onderzoeksrechter?”
    Kort geleden hoorde ik van een dergelijk ‘verhoor’, dat was aangekondigd als een ‘gesprek n.a.v. de gedane aangifte’, maar wat een (redelijk agressief getint) ‘verhoor’ bleek te zijn, waar het slachtoffer dan ook geheel onvoorbereid voor kwam te staan. Daarbij was wel de advocaat van de verdachte (actief) aanwezig, maar niet de OvJ als vertegenwoordiger resp. rechtshulp van het slachtoffer.

  2. Goed blog Chris.
    Geen speld tussen te krijgen.
    Geeft goed inzicht in de scheiding van taken van advocatuur en OM.

  3. De advokaat hoeft inderdaad geen rekening te houden met de belangen van de wederpartij (slachtoffer), maar ook daaraan liggen grenzen en die kent Chris ook heel goed. Hij is vast niet vergeten wat er een paar jaar geleden gebeurde tijdens de behandeling van een hoger beroepszaak bij het Hof in Leeuwarden waarbij een gezagsdrager uit Groningen terecht stond die werd verdacht van ondermeer verkrachting. Daar werden de beide slachtoffers min of meer gedwongen in het openbaar nogmaals te vertellen wat hen was overkomen. De beide verhoren leverden niets op, maar brachten de beide slachtoffers in grote geestelijke nood en hadden ze diepe schaamte. In deze zaak stonden de slachtoffers letterlijk met lege handen en konden zich niet laten bijstaan, mochten zelfs niet overleggen. De rechters en de advocaat van de wederpartij, ja zelfs de verdachte hebben het recht om vragen op de slachtoffers af te vuren en kunnen zich terdege voorbereiden. Als bij de behandeling van een strafzaak de slachtoffers al uitvoerig in beslotenheid zijn gehoord door een rechter-commissaris en de advokaten van de verdachte, waarbij ook de OvJ aanwezig kan zijn, dan zou dat voldoende moeten zijn. Ook aan waarheidsvinding zitten grenzen!

  4. @ulfert: ik ben het volledig met je eens dat er grenzen zitten aan wat een advocaat kan/mag doen. Die grenzen liggen echter in het menselijke vlak (emotie)en niet in het juridische gebied (belangen). Een advocaat dient altijd respectvol om te gaan met slachtoffers, zoals een officier van justitie respectvol dient om te gaan met verdachten. Ik vind dat het verzamelen van tegenbewijs niet valt onder het menselijke aspect. Een advocaat zou alle informatie moeten en kunnen gebruiken om een beeld van een slachtoffer te schetsen. Als dit ten koste gaat van het slachtoffer door bijv openbaarheid, dan kan de rechtbank passende maatregelen nemen. Het gaat immers om waarheidsvinding.

    Een officier van justitie praat tijdens een rechtszaak altijd over een verdachte, maar tegelijkertijd ook over het slachtoffer. Daar wringt iets.

  5. @Chris: ook aan waarheidsvinding zitten grenzen, zoals ik met argumenten aangaf.Van slachtoffers mag worden gevraagd dat ze moeten aantonen dat ze het daadwerkelijk zijn. Maar als je dat overtuigend hebt gedaan, dan ligt daar tevens zo ongeveer de grens van het toelaatbare. Waar het misschien nog wel veel meer wringt is, dat verdachten mogen zwijgen en liegen, maar dat van de slachtoffers wordt gevraagd dat ze allle zeggen wat ze (nog) weten en dat ze de warheid en niets dan de waarheid zeggen. Ik denk dat wij elkaar wel goed begrijpen, maar ik vind dat slachtoffers meer bescherming verdienen.

  6. @Ulfert – Ik ben het in dezen heel erg met je eens. Het lijkt wel of justitie zich heel erg druk maakt om de rechten van verdachten, maar de belangen van slachtoffers alleen met de mond belijdt. Dit heeft niets te maken met waarheidsvinding, maar slechts met juridische haarkloverij. Of is het tevredenstelling van advocaten? En waarom krijgt een slachtoffer geen advocaat toegewezen? Dan kan de OvJ zich puur met de aanklacht bezighouden, en tegelijk wordt het slachtoffer ontzien.

  7. @gerrit. justitie dient zich eerst en vooraleerst druk te maken om waarheidsvinding. Daarbij dient een verklaring van een slachtoffer kritisch tegen het licht te worden gehouden. Het gaat immers om schuld of onschuld. Een normaal leven of een leven achter tralies. Noem dat maar haarkloverij.

  8. @Ulfert: aan waarheidsvinding zitten inderdaad grenzen, maar waar die grenzen bereikt worden zullen zij in het voordeel moeten uitpakken van de verdachte. Als er te veel twijfel overblijft, is vrijspraak de enige juiste uitkomst.

    In dit geval zou de OvJ, aangenomen dat hij ondanks het rapport ervan overtuigd is dat de verdachte het slachtoffer verkracht heeft, dus eigenlijk juist wél de inhoud van het rapport hebben moeten willen bespreken, want de twijfel over de verkrachting was al gezaaid. De enige manier waarop die twijfel mogelijk nog kon worden weggenomen was door het rapport er goed op na te lezen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *