Ik luister vrijwel dagelijks naar leed. Uur na uur.
Ik hoor mensen aan die zijn misbruikt. Of de dood in de ogen hebben gekeken. Mensen die niet meer naar buiten durven. Slachtoffers die met veel pijn en moeite verklaren waarom hun leven ineens een hel geworden is. Waarom ze nog altijd een gevangene zijn van hun eigen angst.
Ik luister naar deskundigen die vrezen dat het nooit meer echt goed zal komen met het slachtoffer. Naar tragisch onderbroken levens. Naar dromen die ooit haalbaar leken.
Maar ineens niet meer.
En vaak gaat het langs me heen.
In de rechtbank komt het leed met kilo’s tegelijk. Bijna voorspelbaar. Je vult in wat je al zo vaak hebt gehoord. Het is onderdeel geworden van het spel.
Tot het moment dat iets je echt raakt. Het detail.
Onvermijdelijk. En altijd wanneer je er niet op bedacht bent. Vaak is het maar een kort zinnetje. Soms een enkel woord.
Van een zelfstandige vrouw die midden in het leven stond. En ineens niets meer kon. Omdat een goede kennis zijn handen niet thuis kon houden.
,,Ik kan de hele dag wel onder de douche staan, maar ik voel me nog steeds smerig. Ik twijfel over een aangifte. Hij heeft een gezin. Ik voel die verantwoordelijkheid.”
Van een vader die de gewelddadige dood van zijn zoon een plek moet geven, maar dat eigenlijk niet kan.
,,Waarom. Waarom. Waarom hij? Nooit meer feest. Dit is voor iedereen een drama.”
Van een bejaard slachtoffer van een overval die zich ernstig zorgen maakt om de dader.
,,Hij is nog zo jong. Wat moet er van hem worden?”
En van een man die door een noodlottig ongeluk bestolen is van zijn dierbaarste bezit.
,,Het is vreselijk. Maar zij zou het wel geweten hebben. Ik moet door. Van haar. En hij ook. Verdachte of niet.”
U kent die details niet. Ze halen zelden de krantenkolommen. En u zult ze zeker niet horen als de politiek orakelt over strenge straffen. Over hardwerkende Nederlanders die de criminaliteit zat zijn en nu toch echt eens daadkrachtig optreden eisen.
Omdat we dan met zijn allen eindelijk eens veilig door het leven kunnen. De ultieme bescherming tegen de boeven. Tegen ‘die andere mensen’.
Ik hoor die details wel. Keer op keer.
En ik geloof niet meer in het recht op veiligheid.
Het leven is te grillig om iets te eisen dat er nooit is geweest. Om een gemakzuchtige verdeling te maken tussen goed en kwaad.
We identificeren ons met het grootste gemak met het slachtoffer. Omdat niemand slachtoffer wil zijn.
En vergeten voor het gemak hoe makkelijk het soms is om dader te worden.