Een leven in de kantlijn

Op 6 juni 2021 komt op uiterst gewelddadige wijze een einde aan het leven van de 14-jarige Dinant Paré. Hij sterft na een wilde steekpartij in een plas bloed op de vloer van een supermarkt in een dorpje onder de rook van Groningen. De strafzaak rond zijn dood is van een zelden vertoonde triestheid. Hoe kon dit zo intens vreselijk misgaan?

Het overlijden van Dinant is nauwelijks in woorden te beschrijven. Uitgekauwde clichés als ‘nachtmerrie voor iedere ouder’ en ‘de slachtoffers hebben levenslang’ dekken de lading niet eens. Het verdriet van de nabestaanden, zoals dat onder meer door de vader en de grootouders van de veel te jong gestorven Dinant tijdens de rechtszaak naar voren gebracht, gaan je door merg en been. Niet te bevatten leed is niet voor niets niet te bevatten.

Hoe omschrijf je het leed van een moeder die moest toezien hoe haar zoon werd gereanimeerd, maar er niet naar toe kon om hem in haar armen te nemen? Om, zoals ze dat zelf verklaarde, te zeggen dat het allemaal goed zou komen? Hoe leg je uit dat de zwaargewonde Dinant nog wanhopig zei toch ‘niets te hebben gedaan’? Dat hij in weerloos in de foetus-houding ging liggen, onmachtig om iets te doen tegen de woeste aanval op zijn leven?

Triestheid

Tijdens de strafzaak probeerden de rechters inzicht te krijgen in het motief van de verdachte. En ook daar spoot de triestheid uit het strafdossier. De 24-jarige Bart J. leefde al jaren in de absolute kantlijn van de samenleving. J. kampt met meerdere stoornissen,  ADHD, autisme, psychose-gevoelig en problemen met agressie- en emotieregulering, en leefde in de maanden voor de dood van Dinant in een tentje in een park aan de rand van de stad Groningen. Zijn ouders kwamen om de dag langs om bijvoorbeeld een pan soep te brengen of een opgeladen powerbank.

Volgens J. zelf viel hij tussen wal en schip toen zijn ouders gingen scheiden en allebei een nieuw gezin begonnen. Hij was naar eigen zeggen de ‘middenpersoon’. Op zijn 17e verdween hij in een jeugdinrichting en het kwam nooit meer goed met hem. Een tijdje sliep hij op een matras in een schuurtje bij zijn vader, maar na een politie-inval vertrok hij ook daar weer.

Vallen

Op 6 juni zat hij huilend op een bankje omdat hij niet meer verder wilde leven. In zijn wanhoop en woede bedacht hij dat iemand die dag zou ‘moeten vallen’. Zelf weet hij ook niet zo goed hoe dat in zijn hoofd precies tot stand is gekomen. Alsof hij zichzelf iets aan wilde doen en dat in zijn hoofd vertaalde naar een ander.

Het ligt altijd gevoelig om ook een verdachte te zien als een soort van slachtoffer (al was het maar van zijn eigen hoofd) maar tijdens de strafzaak moest ik toch onwillekeurig ook denken aan een zeer kwetsbare jongen die moederziel alleen op een stuk karton in een tentje lag. In een van de welvarendste landen ter wereld.

Een jongen die door zijn stoornissen niet om kon gaan met problemen, door zijn ouders werd omschreven als een ´zorgenkindje´ en gebaat is bij structuur en regelmaat. Een jongen zonder draagkracht, zonder bron van inkomsten, zonder geld om in zijn dagelijkse behoeften te kunnen voorzien. Zijn chaotische bestaan in een warrig hoofd moet een hel zijn geweest, daar alleen in dat tentje in het park. Met een belastend verleden, geen toekomst en nauwelijks iets wat je een heden zou kunnen noemen.

Rechtvaardiging

Begrip is geen rechtvaardiging en er zijn geen excuses voor het volstrekt willekeurig ombrengen van een weerloos en onschuldig slachtoffer. Laat dat duidelijk zijn.

Maar hier kun je toch ook wel zeggen dat ondanks de hulp van tientallen instanties een jong leven als een wandelende tijdbom tussen de wal en het schip terecht is gekomen. Slachtoffer van zijn eigen ontspoorde brein. Al in 2015 verklaarde hij tegenover een hulpverlener dat hij bang was om iemand met een mes neer te steken. Dat er stemmen waren die hem vertelden om dat te gaan doen.

Uit het strafdossier blijkt dat de jongen in zijn korte leven al te maken heeft gehad met meer dan dertig hulpinstanties. Volgens zijn advocaat is er ook toegegeven dat de instanties soms langs elkaar heen hebben gewerkt. De jongen zelf was bepaald niet happig om mee te werken aan hulp, maar verplichte opname zou wel degelijk nodig zijn geweest.

Het kwam er niet van.

En zo kwam een 24-jarige jongen met ernstige stoornissen terecht in een tentje in een park. Moederziel alleen, met een hoofd dat niet in staat was om problemen de baas te worden. De kans dat de rechtbank hem uiteindelijk zal veroordelen tot een tbs met dwangverpleging is ontzettend groot, zeker omdat hij in de gevangenis nog een therapeutisch medewerker te lijf ging met een afgebroken antenne. In dat geval is er eindelijk sprake van een gedwongen opname en behandeling.

Helaas voor de onschuldige 14-jarige Dinant komt het allemaal te laat. Zoals de officier van justitie het terecht opmerkte: op de verkeerde tijd op de verkeerde plek.

Waardeer dit artikel!!

Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Je kunt mij ook met een vast bedrag per maand steunen: klik dan hier. Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

Mijn gekozen donatie € -
Delen