Hulde aan complotgekkies

Misschien dat het wat raar klinkt uit mijn mond: maar ik ben dol op complotgekkies.

De afgelopen tijd schreef ik een paar kritische artikelen over complotters die menen dat de hele wereld corrupt is en ongelijk heeft. Ik deed dat op basis van feiten en door verschillende rechters naar voren gehaalde standpunten.

Die verhalen brachten op het internet een storm aan reacties met zich mee. Ik zal u de meeste besparen, maar het komt er op neer dat mij van alles aangedaan moet worden. Dat ik moet worden ontslagen. Het niet verdien om te leven. Mijn ruiten er aan moeten geloven. Enzovoort.

De hoofdredactie van het Algemeen Dagblad kreeg mailtjes waarin werd gevraagd om mijn ontslag. Een complotdenker stapte naar de politie om aangifte te doen tegen mij, de VARA, Peter R. de Vries, Matthijs van Nieuwkerk, de Volkskrant en Telegraaf. De aangifte werd keurig opgenomen door agenten die doorgaans klagen over de stevige werkdruk en het gegeven dat ze niet vaak genoeg op straat zijn. Op diverse sites verschenen profielschetsen van mij. Ik zou pedofiel zijn. Niet deugen. Nooit meer een verhaal mogen schrijven. Op internet aangetroffen foto’s werden bewerkt, zure pennetjes aangescherpt.

Ik zal het hier maar toegeven: ik vind het allemaal prima.

Het internet heeft een stem gegeven aan iedereen. Een ieder kan een weblog beginnen en heeft de ruimte om ongestraft de grootst mogelijke onzin te verkondigen. Als een rechter een dagboek verbiedt, knallen complotters datzelfde dagboek meteen smalend online. Het geeft ze een zekere macht. Ook al is het alleen een macht die zij zelf als zodanig ervaren.

Onvrede en frustratie in de samenleving is er altijd geweest. Een zeker percentage zal altijd een doel vinden om de eigen onvrede op te projecteren. Het eigen falen wellicht. Het internet geeft deze mensen een manier om zich te uiten. Het gevoel mee te tellen.

De diverse haatsites hebben allemaal een select publiek. Een handjevol gelijkgestemden vindt er de eigen waarheid, hoe onfatsoenlijk ook opgeschreven. Ze krijgen bevestiging van hun eigen denkbeelden, hoe bizar soms ook.

Zo zijn er mensen die geloven dat wij geregeerd worden door een bende pedofielen, die er alles (tot moord aan toe) aan doet om aan de macht te blijven zodat ze hun perverse, satanische zucht naar kinderen voort kunnen zetten. Uiteraard faciliteert de journalistiek deze macht. Door er niet over te schrijven. Tegen betaling. Zo zitten we allemaal in hetzelfde satanische systeem. Spoedig zullen wij allemaal verdoemd te zijn. De bijbel is er een kinderboek bij.

Complotgekkies hebben altijd gelijk. Een verloren rechtszaak is een gewonnen rechtszaak. Gefundeerde kritiek een bewijs voor hun grote gelijk. Weerstand het bewijs voor hun eigen waarheid. Zwijgen een legitimatie om los te kunnen gaan.

Je zou die rare denkbeelden gevaarlijk kunnen noemen. Ik doe dat niet. Het gaat slechts om een klein groepje ontspoorde medeburgers die hun tijd vullen met haat, negatieve energie en frustratie. Dat is niet nieuw. Vroeger zaten ze in de kroeg, voor hetzelfde selecte gehoor. Als ze het te bont maakten, werden ze door een korzelige barkeeper uit het pand gezet. Schreeuw thuis maar verder. Morgen ben je weer welkom. Al was het maar om de achterstallige barrekening te betalen.

Die tijden zijn een beetje voorbij. De gefrustreerde burgers zitten nu thuis, veilig achter hun toetsenbord, en slingeren hun onvrede ongecensureerd, maar vrijwel altijd anoniem, de wereld in. Aan de andere kant van het internet lezen een paar gelijkgestemden instemmend mee. Ze reageren furieus op het gestelde. Klaar.

Persoonlijk ben ik erg blij met de websites van complotgekkies en hun aanhang. Ze voorzien in een behoefte door gefrustreerde onvrede te kanaliseren. Ze vangen de toetsenbordridders op en geven een stem – hoe klein ook – aan de onvrede en de haat. Het is prima dat die haat daar blijft, voor een klein publiek, waar de haters anoniem hun gal mogen spuwen over alles dat hen dwars zit.

Journalisten die schrijven over complotgekkies krijgen een hele lading ‘kritiek’ over zich heen. Die kritiek – hoe grof en onzinnig ook – blijft gelukkig doelloos hangen in de krochten van het internet.

Waar het hoort.

Delen