Moet ik op de microfoon gaan zitten?

 

Ik heb de rechtbank zelf wel eens het huis van de emotie genoemd.

En dat is niet voor niets.

Er is de hele dag van alles aan de hand. Boze mensen, wanhopige mensen, intens verdrietige mensen. Mensen die wat te verbergen hebben of mensen die juist willen vertellen hoe hun leven kapot is gemaakt door anderen.

Allemaal emotie. De een nog rauwer dan de ander.

De voor een objectieve buitenstaander wellicht nog het best te verdragen emotie is die van de zenuwen. Omdat het vaak ook wel om humor gaat. Om te lachen, zeg maar.

De zenuwkampioen van de rechtbank is toch vaak wel de getuige. Stelt u zich dat eens voor. Je krijgt een oproep van de rechtbank om iets te zeggen over een lang vervlogen incident. Pak hem beet: een jaar geleden. Als je liegt, pleeg je een misdrijf. En als je de waarheid spreekt of denkt de waarheid te spreken, dan kun je zo maar een woest uitziende boef de cel in lullen. Of een goede vriend.

Aan de ene kant loert een advocaat op elk woord. En aan de andere kant weegt de officier van justitie -priemende ogen en al – elke zin. Om nog maar te zwijgen van de rechtbank. En  zij zijn nog met zijn 3en ook.

Tel daar de vaak aanwezige neiging van de mens om sociaal  wenselijke antwoorden te geven bij op en je hebt het recept voor een woeste mix van emotie en misverstanden.

Nu kan ik hier een hele verhandeling houden over wat getuigen allemaal onder druk beweren, zeggen en doen. Geloof me: dat zal een lang blog worden. 

Ik kan het ook op een andere manier illustreren:

De afgelopen week kwam een getuige een van de vele zittingszalen in Groningen binnen. In 050 moeten getuigen aan een lange tafel zitten waar nogal pontificaal dunne microfoons uit steken. Een centimeter of dertig de lucht in. Voorzien van lange, dunne hals en verdikking op de kop. 

De rechter vertelde de getuige meteen bij binnenkomst en  in heldere en duidelijk uitgesproken woorden dat hij achter een microfoon plaats moest nemen.

Waarop de getuige de rechtbank  met een verbijsterende blik in de ogen aankeek, aarzelde om uberhaupt een stap verder te zetten en toen de nu al legendarische woorden sprak:

‘Waarom moet ik op de microfoon gaan zitten?’

Ik bedoel maar.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *