Er is iets dat mij al een tijdje fascineert.
De verdachten die ik als rechtbankverslaggever zo week na week zie, hebben voor mijn gevoel grosso modo iets gemeen.
Meestal gaat het om mensen met een niet zo heel gek hoge opleiding. Ik zie bijvoorbeeld weinig academici in het beklaagdenbankje. In tegenstelling tot steigerbouwers, om maar een willekeurig voorbeeld te noemen.
Dat zou kunnen betekenen dat mensen die tot pak hem beet hun 33ste doorgeleerd hebben, zo slim zijn om niet in de criminaliteit te gaan. Of zo clever om niet gepakt te worden.
Of ze worden gewoon door hun vroegere vrindjes van de jaarclub ontzien, dat kan ook.
Maar ik begon dit stukje tekst met de constatering dat het slechts gaat om mijn gevoel. Beter zou zijn om dit gevoel eens te onderbouwen met feiten.
Ik ga dan ook de komende maanden een poging wagen het opleidingsniveau van de gemiddelde crimineel in de provincie Groningen bij te houden.
Ik gok zelf op een oververtegenwoordiging van ‘handarbeiders’. Stratenmakers, steigerbouwers, taxi-chauffeurs en glazenwassers, om maar een paar volstrekt willekeurige voorbeelden te noemen.
Maar ik laat me graag overtuigen van mijn ongelijk.