Iedere kantonrechter krijgt er met de regelmaat van de klok mee te maken.
Pak je een notoire hardrijder na de zoveelste overtreding zijn rijbewijs af of hou je hem toch maar weer de hand boven het hoofd?
Ik kom graag bij de kantonrechter in Groningen. Dat heeft deels te maken met mijn ergernis over asociaal verkeersgedrag en deels met de aanwezigheid van een bijzondere rechter.
Een man met jaloersmakende verbale capaciteiten en een prettig soort onderkoelde humor. Hij spreekt recht zonder het moraliserende vingertje en er valt vaak nog wat te lachen ook.
Zo vergeet ik nooit die keer dat hij twee dames voor zich had die op de regionale televisie een vermeende dierenmisbruiker een ezelneuker hadden genoemd.
De dames zaten nog steeds vol verontwaardiging en hielden de rechter voor dat toch niemand dierenmisbruik ongemoeid kon laten? U houdt toch ook van dieren, meneer de rechter?
Zijn antwoord was kort en efficient: dames, ik haat dieren!
Maar goed, ik dwaal af.
Het rijbewijs dus. Dit keer was het de beurt aan, hoe kon het ook anders, een vertegenwoordiger. Type 60.000 kilometer per jaar. Strak in het pak. Niet bepaald een Nissan Micra rijder.
De man stond al weer voor de derde keer voor de rechter. Ditmaal had hij 164 gereden waar 100 was toegestaan. De zakenman was echter strijdvaardig. Hij wist het zeker, de politie heeft het bij het verkeerde eind. De achtervolgende politieauto was immers op hem ingelopen en dus was de meting nooit en te nimmer accuraat.
En dat kwam hij de rechter even vertellen. Die niet onder de indruk was en het woord gaf aan een opgeroepen verkeersagent. Die haalde doodkalm een dvd’tje uit zijn jas en schoof deze in zijn meegebrachte laptop.
Enkele seconden later stonden we met zijn allen naar een snel voorbijschietende weg te kijken. Het was nog donker en enkele tegenliggers flitsten voorbij. Opeens schoot de zakenman aan de linkerkant voorbij. Hard. De politie zette met brullende motor de achtervolging in.
De dvd was duidelijk. Iedereen kon zien dat de politieauto op de racende zakenman inliep.
Helaas voor hem deed deze constatering helemaal niets af aan de geconstateerde overtreding. De agent vertelde in alle kalmte en rust dat de ondernemer gelijk zou hebben als ze een meting hadden gedaan op basis van de snelheidsmeter.
Maar dat hadden ze niet.
De agenten hadden wijselijk besloten om een afstandsmeting te doen. Afstand gedeeld door tijd was dit keer 164 kilometer per uur. Veel zuiverder kunnen we niet meten, triomfeerde de agent.
En dus mocht de rechter recht spreken. Justitie was er al wel uit. De zakenman liep nog in een proeftijd van een eerder opgelegde voorwaardelijke rijontzegging. Nu moest hij die zes maanden maar zonder rijbewijs.
Oei, dacht de zakenman.
Dat kan helemaal niet. Wie moet dan door heel Europa de parfums aan de markt brengen? Denkt justitie soms dat hij een chauffeur in de arm kan nemen voor bruto 3000 euro per maand? Ook in de geurtjesbusiness is het crisis. Overleven.
De einduitslag was voor mij geen verrasssing. Als een rechter moet kiezen tussen een rijontzegging en een baan, dan kiest de rechter meestal voor de baan.
Die motivering is wel te volgen ook. Het verlies van een baan is een onredelijke bijkomende straf voor een snelheidsovertreding.
Helemaal zonder kleerscheuren kwam de zakenman er echter niet van af. Hij ging naar huis met een boete van 1000 euro en verlenging van de proeftijd.
De laatste geste van de rechter om de boete in termijnen op te leggen, schoof de zakenman ter zijde. Hij betaalde wel ineens.
Zo slecht gingen de zaken nu ook weer niet.