De volgende moordenaar is onder ons

 

Zelfs mijn meest genuanceerde vrienden kijken mij meewarig aan als ik ze vertel dat sommige moordenaars hele normale mensen zijn. Een pijnlijke en angstige waarheid. Maar daarom niet minder waar. 

Heftige gebeurtenissen roepen heftige emoties op. Gezinsdrama’s, moord en doodslag. De journalistiek rukt uit, bedenkt bijnamen en gaat driftig op zoek naar een oorzaak. En meestal komen we uit bij de geest van de dader. Die is verknipt. Niet als ons. Gelukkig maar.

We straffen de dader, bergen hem op en gaan over tot de orde van de dag. We stellen bombastische Kamervragen over dwangverpleging, langer opsluiten en keiharde repressie. Isoleer en controleer de gevaarlijk gestoorde crimineel! Sluit die duidelijk zichtbare groep buiten. Dan controleren we ons leven.

Was het maar zo.

Op 24 april 2007 brengt de 23-jarige student Eelco zijn vriendin Tessa Klaver (19) om het leven. Hij wurgt de jonge en zeer mondige studente in hun flatwoning aan de Plutolaan en gaat dan naar de stad om met zijn vrienden een biertje te drinken op het terras. Eelco moet wel een vreselijk gestoorde gek zijn. Totaal verknipt. Anders doe je zoiets niet. Vult u zelf de krantenkoppen maar in.

Pas tijdens de rechtszaak blijkt dat de moordenaar van Tessa Klaver niet gestoord is. Forensisch deskundigen zien in zijn geest geen afwijkende dingen. Volledig toerekeningsvatbaar. Kans op herhaling zeer gering.

Niet gestoord.

Maar wel verliefd op zijn mooie huisgenote Tessa. Zo erg dat hij ver over de grens verdween toen zij een einde maakte aan hun relatie. Toen zij een nieuwe kamergenoot aan het regelen was. Voor zijn kamer. En Eelco – volgens Eelco -meteen maar even duidelijk maakte dat hij dom was. Net zo dom als zijn familie. Niet goed genoeg voor haar.

Knap. Vernedering in het kwadraat. Jaloezie. Teleurstelling. Handen om haar nek. Een spartelend lichaam. Slap. En toen pas het besef. De mond-op-mond beademing. De paniek. Bellen naar 113. Het opendraaien van een gaspit. Het aansteken van twee kaarsen. Een open raam. Vluchten. Met een biertje  op het terras. Bellen naar haar mobiel. En pas om 03.26 uur naar 112.

Eelco is volgens justitie een berekenende en egoïstische dader. Waarom niet meteen 112 gebeld? Tessa was waarschijnlijk nog niet dood toen hij losliet. Zijn advocaat spreekt van een man in paniek. Iemand die het door hem zelf toegepaste kwaad ver van zich af wilde houden. Niet wilde zien en niet wilde voelen wat er zo duidelijk was. Wat is er zo onmenselijk aan vluchten?

Hoeveel verantwoordelijkheid kun je eigenlijk menselijkerwijs van iemand vragen?

Op 30 september 2009 krijgt Eelco een celstraf van acht jaren. Rechters (raadsheren) van het Gerechtshof in Leeuwarden houden de optie van een egoïstische en berekenende man open, maar achten het ‘eveneens voorstelbaar’ dat hij na zijn daad heeft gehandeld ‘vanuit gevoelens van angst en paniek’. Het Hof neemt de conclusies van de deskundigen over ‘en maakt die tot de zijne’.

Eelco is officieel niet gestoord.

Ik ben geen psycholoog, psychiater of socioloog. Maar ik heb sinds april 2002 wel akelig veel ‘gevaarlijke gekken’ in de rechtszaal langs zien komen. Meer dan eens was ik verrast over hoe menselijk en normaal ze eigenlijk zijn. En iets wat je steeds vaker ziet, is op den duur geen verrassing meer.

Voor mij is de pijnlijke waarheid dat ook ik een Eelco zou kunnen zijn. En dat de politiek geen enkele maatregel kan bedenken om mij te weren. Al schreeuwt de maatschappij dat nog zo hard. Al dan niet in vette chocoladeletters op voorpagina’s van kranten.

Ik sta niet alleen in die pijnlijke conclusie.

Willem de Haan (Rijksuniversiteit Groningen, emeritus- hoogleraar criminologie ) liet onlangs weten dat mensen ‘het in het algemeen moeilijk vinden om onder ogen te zien dat ernstige misdrijven door ‘normale’ mensen kunnen worden gepleegd. Het idee dat plegers van ernstige misdrijven gevaarlijke gekken zijn, is feitelijk onjuist.’

Hij noemt dit een pijnlijke waarheid en stelt ook het volgende: ‘De geruststelling die uitgaat van ‘harde’ maatregelen die snelle en tastbare resultaten beloven, kan de criminologie niet bieden.’

Ik denk dat De Haan gelijk heeft. Het gaat niet om het weren van de gevaarlijke crimineel. Om de ander. Het gaat om het weren van dat wat in ons allemaal zit.

En dat is inderdaad een pijnlijke, oncontroleerbare en gevaarlijke waarheid.

Dit verhaal is tevens te lezen op de opiniesite van de VARA: Joop.nl

Delen

0 reacties

  1. Pingback: Tweets that mention De volgende moordenaar is onder ons « Rechtbankverslaggever -- Topsy.com

  2. Dit verhaal doet me denken aan de film The Third Wave, uit begin jaren 80. Een stel scholieren kon zich niet voorstellen dat gewone Duitsers nazi’s konden worden. En al helemaal niet dat zoiets nog een keer zou kunnen voorkomen. Helaas bleek een korte proef van een paar dagen genoeg te zijn om een klas ‘brave’ studenten om te turnen naar een groep fascistisch ingestelde volgelingen van een dictator.
    En het enge is: de film is gebaseerd op een experiment van Ron Jones die dit in 1967 in het echt gedaan heeft.
    Iedereen heeft een donkere kant in zich, blijkbaar.

  3. Het is net als met wat we een ‘ramp’ noemen: als op een bepaald moment een aantal voorwaarden worden geschapen (samenloop van -op zichzelf- kleine risico’s) is de catastrofe daar.

    In elk mens schuilt in potentie de dader van een ernstig misdrijf. Mijn persoonlijke bekentenis:
    Reken maar dat er een moment in mijn leven is geweest dat ik het scenario voor het perfecte ernstige misdrijf tot in detail had geschreven.
    Er was echter niet aan alle voorwaarden voor een rampscenario voldaan: De ratio weigerde te capituleren voor de heftige emotie.
    Ik had een moord kunnen begaan. Beangstigende ervaring.
    Weest gerust, de kans is uiterst klein dat het journaille voor mij chocoladeletter-geschreven benamingen gaat bedenken als ‘het beest van…’

  4. Aha..
    Dus mensen die anderen vermoorden zijn dus eigenlijk slachtoffer van een soort van sociologisch experiment?

    Dus toch weer die samenleving.

  5. Ik ga er even vanuit dat u in vacuum opereert Meneer T?

    Alles is samenleving.

  6. God en de duivel… de twee uiterste gezichten van één
    Als ik accepteer dat die duivel een deel van me is, dan zal hij ook nooit meer zijn dan een deel. Mijn keuzes bepalen tenslotte wie ik ben en niet mijn mogelijkheden. Ik omarm hem, omdat als ik hem verloochen, hij juist op de loer zal liggen als het kwaad wat ik ontken en onderschat.
    Wartaal, ik weet het. Net zo warrig waarschijnlijk als al die geesten die denken alleen maar goed in zich te dragen…..

  7. Na het lezen van deze post zocht ik tevergeefs naar woorden om een reactie te schrijven. Maar wellicht is in dit geval een stuk tekst van Paul Ferrini, nog veel beter op zijn plaats..

    Misdaad en straf

    Als gedachten konden doden, hoevelen van jullie zouden dan nog in leven zijn? Laat me je er even aan herinneren: de zaden van alle daden zijn te vinden in je gedachten. Als je denkt: Ík kan die en die niet uitstaan’, dan val je hem aan. Wat als gedachten begint, wordt al snel een woord. Wanneer je iemand tegenover anderen belastert, of iets achter zijn rug beraamt, val je hem aan.
    Wat een woord wordt, wordt al snel een daad. Wanneer je woorden anderen besmetten die jou in je aanval steunen, kan het zijn dat je je gerechtigd voelt die man in elkaar te slaan of zelfs te doden.
    De maatschappij houd je voor: ‘Alleen de fysieke daad is laakbaar. Een mondelinge aanval is betreurenswaardig, maar onvermijdelijk. En niemand is zo gek dat hij probeert een ander rekenschap te laten afleggen voor zijn gedachten.’ En dus zijn jullie hoogst verontwaardigd over een moord als daad, maar is de gedachte aan moord acceptabel. Jullie hebben die gedachte allemaal gehad. Jullie zijn hoogst verontwaardigd over verkrachting of seksueel misbruik als daad, maar de gedachte eraan vinden jullie niet echt verontrustend.
    Vergeet alsjeblieft niet dat alles wat je over iemand denkt, zegt of ten opzichte van hem doet, een afspiegeling is van wat je over jezelf denkt. Een negatieve gedachte over iemand anders toont aan hoe je jezelf ziet. Roddelen of kwaadspreken over een ander is een indicatie voor je eigen gevoelens van schaamte en emotionele afwijzing. En fysiek geweld tegenover een ander is een indicatie van je eigen zelfmoordneigingen.
    Dat is niet zo vreemd. Alleen iemand die pijn heeft haalt uit naar anderen. En dan vraag ik je: hoevelen onder jullie hebben er geen pijn? Hoevelen onder jullie halen niet in kleine dingen uit naar anderen?
    Het verschil tussen jou en degene die verkracht en moordt is niet zo groot als je denkt. Dat zeg ik niet om je een naar gevoel te bezorgen. Ik zeg dat om je te helpen ontwaken voor de verantwoordelijkheid die je ten opzichte van je broeder hebt.
    Als je jezelf kunt vergeven voor wraakzuchtige gedachten, waarom kun je dan de man of vrouw die handelt uit wraak niet vergeven? Die persoon voert alleen maar datgene uit waar jij aan hebt gedacht.
    Ik wil de wraakactie niet rechtvaardigen. Ik kan geen enkele aanval rechtvaardigen en wil niet de indruk wekken dat jij dat wel mag. Ik vraag je eenvoudigweg: waarom verban je deze broeder uit je hart? Hij verlangt wellicht nog wanhopiger naar liefde en vergeving dan jij. Wil je hem die onthouden?
    Je broeden heeft diepe wonden opgelopen . Hij is zonder vader opgegroeid. Hij is sinds zijn negende aan drugs verslaafd en woonde in een buurt waar hij zich nooit veilig gevoeld heeft.
    Voel je niet een beetje mededogen met de verwonde jongen in de man die de misdaad begaat? Als jij in zijn schoenen stond zou je het er dan zoveel beter vanaf brengen? Wees eerlijk mijn vriend. En in die eerlijkheid kom je tot mededogen, als het al niet voor de man is , dan toch zeker voor de jongen die tot die man uitgroeide. En ik wil je ook nu direct laten weten dat het niet de man is die de trekker overhaalt, maar de jongen. Hij is degene die overdonderd en bang is. Het is het jochie dat zich niet geliefd en geaccepteerd voelt. Het is de gewonde jongen die uithaalt, niet de man.
    Mijn vrienden: er is geen man. Er is alleen maar een jongetje. Laat je blik niet verdraaid worden door het boze, laatdunkende gezicht van de man. Onder dat harde uiterlijk ligt een overweldigende pijn en zelfveroordeling. Onder het masker van overtrokken mannelijkheid en boosaardige woede zit de jongen die niet gelooft dat hij beminnenswaardig is.
    Als je de jongen in hem niet kunt omhelzen, hoe kun je dan de jongen of het meisje in jezelf omhelzen? Want er is niet zo heel veel verschil tussen zijn angst en de jouwe.
    Laten we eerst het masker van je morele superioriteit eens afnemen. En laten we dan de jongen of het meisje in jou eens kijken naar de jongen in hem. Dat is het punt waarop liefde en acceptatie beginnen. Dat is het punt waar vergeving haar wortels heeft.
    Misdadigers zijn slecht één groep van de ‘onaanraakbaren’ in onze maatschappij. Je wilt je niet in hun leven verdiepen. Je wilt niets van hun pijn weten. Je wilt ze ergens wegstoppen zodat je niets met hen te maken hoeft te hebben. Het zelfde doe je met bejaarden, krankzinnigen, thuislozen enzovoort.
    Weet je, mijn vriend, je wilt niet de verantwoordelijkheid nemen je broeder lief te hebben. Maar zonder hem lief te hebben, kun je niet leren jezelf te accepteren en lief te hebben. Je broeder is de sleutel tot je verlossing. Dat is hij altijd geweest en zal hij altijd zijn.
    Precies zoals een individu de negatieve neigingen die hij in zichzelf niet wenst te accepteren ontkent en onderdrukt, zo ontkent en institutionaliseert de maatschappij de problemen die ze niet onder ogen wil zien. Zowel het individuele als het collectieve onderbewuste zitten vol met onuitsprekelijke verwondingen. Op beide niveaus wordt het gedrag in gang gezet door de niet-erkende pijn, de schuldgevoelens en angsten die in deze wonden liggen ingebed.
    Vergeving werpt een sterke lichtbundel in de donkere gebieden van het zelf en de maatschappij. Daardoor krijgt je eigen schuld en angst de boodschap: ‘Kom tevoorschijn en laat je zien. Ik wil je begrijpen.’ En de misdadiger krijgt de boodschap: Kom tevoorschijn, maak kennis met de slachtoffers van je misdrijf, bied je verontschuldigingen aan en maak een begin met het genezingsproces.’
    De verwonding erkennen en accepteren is altijd de eerste stap van het genezingsproces. Als je niet bereid bent de angst die achter de wond schuilgaat onder ogen te zien, individueel en collectief, kan het genezingsproces niet beginnen. Het is zwaar om je eigen verdrongen pijn onder ogen te zien. Maar het moet gebeuren. Iedereen leeft in een gevangenis van reactiviteit (voortdurende herhaling van het oude gedrag), totdat men zich de wond bewust is geworden. Niet alleen de misdadiger zit achter de tralies, ook de mannen en vrouwen die hem daar neergezet hebben zitten achter de tralies, zij het andere. Als je je niet bewust wordt van de kwesties die in je onbewuste spelen, komen die wel op hun eigen verwrongen wijze tot uitdrukking. Als je niet doelbewust met de misdadiger aan de slag gaat om hem te helpen liefde te vinden en zichzelf te accepteren, komt hij terug in de maatschappij met dezelfde woede en rancune.
    Meer gevangenissen bouwen en meer politie de straat op sturen zal jullie buurten niet veiliger maken. Dat soort acties verergert de situatie alleen maar, omdat ze het angstniveau verhogen.
    Als jullie dat soort situaties willen verbeteren, ga dan in de gevangenissen en in de buurten aan de slag met vergeving. Stel meer leraren, therapeuten en maatschappelijk werkers aan. Geef de mensen eten, stel ze emotioneel en mentaal voor uitdagingen. Geef ze de kans te ervaren hoe een veilige emotionele binding voelt. Beid ze mogelijkheden voor scholing en training. Geef hun hoop! Geef hun een warm hart. Geef hun liefde. Dat is wat een vredestichter te doen staat. Dat is dienstbaarheid. Dat is je naaste liefhebben als jezelf.
    En onthoudt dat alsjeblieft, door aan anderen te geven, geef je aan jezelf. Niemand geeft liefde zonder die te ontvangen. Niemand geeft een geschenk dat hij niet tegelijkertijd ontvangt.
    Het wordt tijd dat jullie ophouden met proberen de zondaar in jezelf en de misdadiger in jullie samenleving te straffen. Straf versterkt de afwijzing alleen maar, en er is juist behoefte aan het tegenovergestelde. Gevoelens van afwijzing moeten gelenigd en verzacht worden. Oordeel en aanval moeten aan het licht gebracht worden., zodat men zich ervan bewust is. Schuld en angst moeten gezien worden voor wat ze zijn.
    Werken aan rehabilitatie is het zelfde als werken aan integratie. De duisternis moet aan het licht komen. Al wat onaanvaardbaar is moet aanvaardbaar gemaakt worden, zodat we er zonder angst naar kunnen kijken. In het denken moet men de zaden van het gedrag ontdekken, zodat ze in het denken kunnen worden aangepakt. Men kan het gedrag niet veranderen zonder de gedachten te veranderen.
    Als je bepaalde gedachten taboe verklaart, wordt je bang om ze onder ogen te zien. Dat is niet opbouwend. Wees bereid de moordlustige gedachten in de psyche onder ogen te zien, zodat je ze niet in het onbewuste hoeft te begraven.
    Help mensen verantwoordelijkheid te nemen voor de gedachten die ze denken, en voor de gevolgen van die gedachten. Persoonlijke kracht en een authentiek gevoel van eigenwaarde beginnen met het besef dat je de keus hebt als het gaat om wat je denkt, wat je zegt en wat je doet.
    Degenen die naar anderen uithalen hebben het gevoel dat ze geen andere keus hebben. Degenen die weten dat ze de keus hebben, halen niet uit naar anderen.
    Dat is de sleutelfactor. Toon iemand de keuzes die hij heeft en hij zal geen misdaad begaan. Een misdaad is een van de vele vormen van zelfbestraffing, die men onbewust kiest als reactie op onbewust schuldgevoel. De misdadiger begaat een misdrijf omdat hij blijft proberen zichzelf te straffen. En de samenleving verplicht zich aan hem, door hem te straffen en zijn schuld te versterken.
    De enige manier om aan deze vicieuze cirkel te ontsnappen, is dat de samenleving de geplande verbanning en straf laat vallen, en zich aan de genezing gaat wijden. Aan iedereen die pijn lijdt moet gevraagd worden of hij zichzelf wil helpen. Hij moet hulp krijgen bij het bewust boven tafel brengen van zijn gevoelens van onwaardigheid en schuld. En hij moet worden bijgestaan bij het omzetten van de negatieve gevoelens en overtuigingen over zichzelf in positieve gevoelens en overtuigingen.
    De melaatsen van jullie samenleving verschillen niet veel va de melaatsen in mijn tijd. Hun huid vertoont de wonden van ons allemaal. Zij zijn de dappere getuigen van de pijn waar jij niets mee te maken wenst te hebben. De samenleving zou hun dankbaar moeten zijn, want zij zijn wegwijzers. Zij wijzen ons het pad van genezing dat alle mensen moeten instaan.

    Paul Ferrini

  8. Zo’n verhaal toont weer eens aan dat vooroordelen niet voor niets vooroordelen zijn. Het is alleen zo heel erg jammer dat we daarin zo volharden omdat het leven anders te ingewikkeld wordt. Stel je voor dat we niet meteen een mening hebben over alles; inclusief moordenaars. Stel je voor dat we niet meer kunnen geloven in vooroordelen en in het denken tussen zij en wij.
    Stel je voor, dan moeten we ons o zo gemakkelijke wereldbeeld op elk gebied herzien; genuanceerd gaan denken en discussieren en dan kunnen we niet blijven bléren dat zulke mensen moeten worden opgesloten en de sleutel moet worden weggegooid. Tja,ik denk dat het leven dan voor velen te ingewikkeld wordt.

  9. De daders zijn inderdaad gewone mensen zoals jij en ik. Hoe eng de gedachte ook is. Jaren nadat ik gestopt was met vrijwilligerswerk voor de lokale omroep kwam ik een oude bekende tegen. We haalden herinneringen op. Verschillende mensen passeerden de revue. Zo ook een mede-vrijwilliger die te boek stond als behoorlijk grijze muis. Een weinig indrukmakend persoon. Groot was de schrik en verbazing toen ik vernam dat uitgerekend hij nu in de gevangenis zat. Omdat hij zijn moeder vermoord had. Een vreemd idee. Samengewerkt te hebben met een moordenaar.

    Waarom mensen zo graag roepen dat iemand gestoord, verknipt of een monster is? Misschien wel omdat even zoveel mensen het moeilijk vinden in de diepste krochten van hun eigen geest af te dalen. Of omdat het kwaad een stuk beheersbaarder wordt als je het buiten de ‘gewone’ wereld van brave burgermannen plaatst. Maar ja, zo simpel is het helaas niet.

  10. Fundamentele discussie. Door particulier geweld buiten de orde te plaatsen normeren we gedrag. Dat lijkt me een zaak van beschaving, want het levert een veiligere samenleving op, met relatief weinig moorden. Het voorkomt niet dat mensen zo nu en dan over de schreef gaan. Dat gebeurt bij elke norm.

    Als we persoonlijk geweld inhumaan vinden, worden daders van een moord wel inhumaan. Geen beesten, want dat zou ze reduceren tot die ene daad, maar wel inhumaan. Dat we allemaal onder bepaalde omstandigheden in staat zijn tot inhumaan gedrag bevestigt toch alleen de noodzaak van de norm?

  11. dader en slachtoffer

    Een jonge man die zijn liefde niet beantwoord ziet en door het onvermogen om hier mee om te gaan leidt dat uiteindelijk tot het ontnemen van het leven van een jonge vrouw. Met het besef van zijn daad volgt de paniek…
    Diep tragisch.
    Mijn hart gaat uit naar hem.

    In plaats van ‘straffen’ op te leggen kunnen we beter mensen leren om te gaan met allerlei gevoelens, gedachten, tegenslagen e.d. door opener met elkaar om te gaan en meer tijd te nemen voor elkaar in gesprekken die verdieping behoeven.

    Door wat voor oorzaken dan ook, als mensen niet in staat zijn om de handvatten van het leven te gebruiken omdat ze het niet geleerd (kunnen) hebben…zijn mensen dan ‘daders’ als ze tegelijkertijd eigenlijk ook ‘slachtoffers’ zijn?
    En zou de samenleving dan indirect medeverantwoordelijk en dus medeschuldig hieraan kunnen zijn?

  12. dader en slachtoffer

    In plaats van ‘straffen’op te leggen kunnen we misschien beter mensen leren om te gaan met allerlei gevoelens, gedachten, tegenslagen e.d. door openen met elkaar om te gaan en meer tijd te nemen voor elkaar in gesprekken die verdieping behoeven.

    Door wat voor oorzaken dan ook, als mensen niet in staat zijn om de handvatten van het leven te gebruiken omdat ze het niet geleerd (kunnen) hebben…zijn mensen dan ‘daders’ als ze tegelijkertijd eigenlijk ook ‘slachtoffers’ zijn?
    En zou de samenleving dan indirect medeverantwoordelijk en dus medeschuldig hieraan kunnen zijn?

    Ik “zou er een moord voor doen” (figuurlijk)
    als dit voor de daders en slachtoffers
    van Broken Tulip mocht gelden

  13. “Vergeet alsjeblieft niet dat alles wat je over iemand denkt, zegt of ten opzichte van hem doet, een afspiegeling is van wat je over jezelf denkt. Een negatieve gedachte over iemand anders toont aan hoe je jezelf ziet. Roddelen of kwaadspreken over een ander is een indicatie voor je eigen gevoelens van schaamte en emotionele afwijzing.”

    Wilhelm T zegt:”Precies. En alles is ook de schuld van de samenleving.”
    Als je heel goed nadenkt wie en wat de samenleving is, dat is dader, slachtoffer en ben jezelf.
    Overheid, instanties, scholen, achtergrond, “nest”.

    Niemand wordt als moordenaar of wat dan ook geboren.
    De basis ligt waar en bij wie een kind zich ontwikkeld, vaak weet het niet beter.
    Het is de verantwoording juist v.d. maatschappij tijdig in te grijpen. We zijn te druk bezig tegenwoordig met zelf te surviven.

    Corine Judkins zegt:
    “The Stanford Prison Experiment. Ik zeg maar.”
    Dat was een sociaal psychologisch experiment, zo ook :http://nl.wikipedia.org/wiki/Milgram-experiment
    Als je volwassenen kunt beïnvloedden, zal een kind niet beter weten.

    Gedane zaken nemen geen keer, maar preventief handelen, sociale controle wel.
    Betere controle en voorlichting, zoals artsen die geen hulpverlener aanbieden, maar wel psycho-medicatie verstrekken. In zulke medicatie zitten altijd drugs die alleen al gedachtenhallucinaties, en mogelijk erger, geven. De meeste huisartsen kijken niet naar de fysieke tekorten in het bloed, zoals vitamine B en ijzer,maar vinden het gemakkelijker alleen maar de symtomen te bestrijden, ofschoon ze het risico maar al te goed kennen.

    Harder en langer straffen, zal op den duur alleen maar leiden tot meer en hardere criminaliteit.
    Belangrijker is de vraag waarom mensen ( vaak jongeren) ontsporen. En zeker zo belangrijk is de vraag waarom het werk van tal van hulpverleningsdiensten, zowel buiten als binnen de gevangenis vaak nauwelijks zoden aan de dijk zet. Een goede evaluatie zou op zijn plek zijn.

    Iedere dader is het product van de samenleving, ook de financiële criminelen die bij grote banken werken.
    Socialiseer ouders van jeugdigen, stel ook hen verantwoordelijk met harde sancties. Werk niet soft, dat wordt niet begrepen door ouders. Als een peuter of kleuter met een lach op je gezicht iets verbiedt wekt die lach verwarring bij het kind, reden waarom het nog een keer probeert. Consequent en rechtvaardig, dat is waar elke mens die de fout ingaat recht op heeft.

  14. Bedoel je ontsporingen in de oordeelsvorming, ontsporingen bij processen….of maatschappelijke ontsporing…?
    Of bedoel je wat studenten leren het verhaal van de machinist…..?

    Niet alleen voorkomen ook tijdens en na detentie is belangrijk.

  15. Bewustwording van je eigen impulsen (de lichte en de donkere) is het krachtigste instrument dat ik ken voor zowel voorkomen als “genezen” van crimineel en ander onheilzaam gedrag.
    Bewustwording gaat het beste door bepaalde soorten meditatie. Ik beoefen het onder de naam: vipassana.
    Wordt onder de naam “mindfulness” ook meer en meer gedaan met gedetineerden, en met succes. Zit misschien een mooi blogonderwerp voor je in, Chris.
    Google weet er veel meer van dan ik. Beoefenen werkt veel beter dan erover lezen, heb ik gemerkt.
    Succes en mededogen gewenst voor ons, allen Eelco’s, met onze impulsen.

  16. Zo blijkt maar weer dat de mens in sommige gevallen zwaar afwijkend gedrag vertoond t.o.v. wat “normaal” is. En we leven in een samenleving waarin dit niet kan,en daarop moet gestraft worden.

    Doodnormale mensen blijken dus niet doodnormaal te zijn. En er zullen altijd zulke mensen op deze aardkloot blijven rondlopen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *