Een jaar voorbij

 

Het jaar 2009 is bijna voorbij.

Tsja, wat zal ik er over zeggen?

Ik heb in dit jaar mijn weblog van 200 bezoekers per dag gestaag zien groeien naar 300 en daarna naar 500. Voor de kerstvakantie liep het zelfs op tot gemiddeld 700 per dag.

In den beginne was ik al erg blij met 5000 bezoekers per maand. Inmiddels gaat de teller rap richting de 16.000 bezoekers.

Maar cijfers zijn slechts cijfers. Ik heb me eens laten vertellen dat ze niet eens bij benadering weergeven hoe het zit. Zo maken de getallen geen enkel onderscheid tussen mensen die per ongeluk  3 seconden je site openklappen en bezoekers die met interesse je stukken lezen.

Hoe dan ook. Ergens moet ik iets goed doen, want ik heb inmiddels een stabiele plek in de top 100 van alle Nederlandse WordPress-blogs. Stabiel schommelend tussen plek 7 en 23.

Die top 100 is overigens wel een grappig lijstje. Goed te gebruiken ook als iemand met een WordPress-blog dapper beweert ‘wel 500 bezoekers per dag te hebben‘.

Met vijfhonderd bezoekers per dag sta je geheid in de top 100.  Ik zou zeggen: bekijk die ranglijst eens.

Dit weblog is nu ruim een jaar oud en telt inmiddels 329 verhalen. Ze zijn allemaal nog te lezen en ik sta nog onverkort achter de inhoud ervan.

Er wordt erg veel gereageerd op mijn verhalen en dat was vanaf het begin precies de bedoeling.

Dat zit zo.

Ik heb het hele weblog-gedoe lang afgehouden omdat ik vond dat een weblog over de rechtspraak er ongeveer zo uit zou moeten zien als het weblog van mijn collega Rob Zijlstra. Mooie én soms persoonlijke bespiegelingen over rechtszaken die niet in een ‘standaard’ krantenverhaal passen.

Probleem was dat Rob dit al doet en hij doet dat verdomde goed. Ere wie ere toekomt.

Als het dus moest, dan moest het anders. Opiniërend. Prikkelend. Persoonlijk. Met hier en daar wat scherpe kantjes.

Mij viel al langer op dat er een enorm verschil zit tussen hoe ik de rechtspraak zie (en met mij advocaten en rechters en officieren van justitie) en de manier waarop ‘de reaguurder’ de rechtspraak ziet.

Dat is ook niet zo gek. Burgers krijgen van de rechtspraak slechts de fors ingedikte werkelijkheid van een krantenverhaal of radiobericht mee. Als rechtbankverslaggever zit je uur na uur te luisteren, soms naar de kleinste details. Er zijn 10.000 rechtszaken per jaar in Groningen.

Pas dan zie je de nuance. Pas dan blijkt meestal de grootste boef ook maar gewoon een mens. Echte criminelen bestaan alleen in platte Hollywood-films.

Opvallend genoeg zijn er nogal wat mensen die denken het veel beter te weten. Gek genoeg zie ik ze nooit terug op de publieke tribune. Woordridders. Geen nuance. En ik hou van de nuance.

Je kunt de nuance over proberen te brengen door het gewoon sec op te schrijven. Of je kunt mensen uitdagen en prikkelen om er zelf achter te komen. Door hier en daar wat te provoceren. Door te polariseren en door onderwerpen en invalshoeken te kiezen waarvan je weet dat ze gevoelig liggen. Tbs, pedofilie, de menselijke kant van de crimineel. De nutteloosheid van celstraffen.

En het werkt. Discussie genoeg op dit blog.

Er zijn mensen in mijn directe omgeving die zich verbazen over mijn ijver om op dit weblog mee te doen met de discussie. Voor mij is dat echter nu juist de meerwaarde van een blog.

Als ik een verhaal schrijf in de krant of een rechtszaak vertaal op de radio, krijg ik hoogstens een keer een boos telefoontje. Maar via het weblog dendert er vaak een stortvloed aan reacties binnen. Er zijn verhalen waar meer dan 300 reacties op komen. Mijn hotmail-adres begint aardig vol te lopen. 

En dat vind ik mooi.

Nog mooier is het als mensen na een discussie anders tegenover het onderwerp staan. Blijk geven van genuanceerd denken. Dan lijkt het net of je er een klein beetje toe doet.

Maar het internet is niet alleen maar begrip en discussie. Op de een of andere manier trekt je aanwezigheid op het net ook dorpsgekken en andere gestoorden aan. Mensen die zich om wat voor reden dan ook gefrustreerd voelen of niet begrepen. Mensen met te veel vrije tijd, te weinig fatsoen en een impulsieve geest.

Dit jaar moest ik de politie inschakelen en een advocaat inhuren om de grens aan te geven. Ik heb inmiddels een lijvig dossier van treurig stemmende internetacties. Honderden MB’s aan screenshots, mailcorrespondentie, opgeslagen bestanden, bedreigende JPEG’s. IP-nummers. Een compleet internet-spoor.

Er staat inmiddels een mapje op mijn computer met een kloeke verzameling internethaat. Het mapje is 430 mb groot.  

Bizar.

Maar wat moet je er mee?

Vorig jaar schreef een vrouw (de kunstenares die ooit haar depressieve kat om het leven bracht) een compleet boek over de vele haatmails die ze had ontvangen.  In het boek ontmaskerde ze de haatzaaiers. Met naam en toenaam.  

Ik vind dat een dubieuze actie.

En ga gewoon onverstoorbaar door op de ingeslagen weg. Ik schrijf over de zaken die mij overkomen, die ik hoor of die ik zie. Ik ben benieuwd waar de stijging in bezoekersaantallen stopt.

Waar is het plafond?

P.S. bijna nog vergeten, maar 2009 is ook het jaar van Twitter. Een enorm ego-dingetje, maar tevens ook erg verslavend. Ik heb inmiddels bijna 100 volgers en ik merk dat Twitter dingen in beweging zet. Zo is het bijvoorbeeld ineens mogelijk om kinderlijk eenvoudig van alles en nog wat te bespreken met de plaatsvervangend korpschef.  Bijzonder.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *