Het recht op een kind

Het lijkt in Nederland soms het ultieme recht. Het recht om een kind te mogen krijgen. De vraag is of dat recht wel aan een ieder toebehoort.

Op 14 januari probeert de psychisch labiele Grietje in het aangezicht van drie rechters een psychiater te overtuigen. Ze zegt dat ze geen kinderwens meer heeft. Dat ze geen enkel kind aan wil doen wat ze haar eigen kinderen aan heeft gedaan. De onverstoorbare psychiater gaat niet mee in haar verhaal. Hij heeft haar weken in observatie gehad en weet met wie hij te maken heeft. De deskundige maakt zich grote zorgen over een toekomstige kinderwens. En adviseert de rechter mede daarom een dwangverpleging op te leggen in een tbs-kliniek.

Toekomstige kinderen moeten dringend in bescherming worden genomen tegen hun eigen moeder.

De psychiater zegt het niet in zoveel woorden, maar het is wel zijn indringende boodschap. Deze psychisch kwetsbare en bij vlagen ronduit psychotische moeder is niet geschikt voor kinderen. Op haar 17e verdween ze al eens in een kliniek. Ze kreeg een meisje en bleef labiel. Na de geboorte van haar tweede kind Ruben ging het mis. Ze wurgde in een psychotische toestand het jongetje met de riem van haar badjas. Haar toen 7-jaar oude dochter ontsnapte diezelfde dag aan de dood nadat Grietje met kinderen en al bewust het water in reed. In de ijskoude sloot probeerde ze haar dochter nog mee te nemen in de dood.

Tuurlijk. Kunt u zeggen. Dat is een incident.

Op 17 januari probeert de autistische Sonja een antwoord te formuleren op een indringende vraag van de rechter. Hoe kwam het dat haar zoontje van anderhalf tot twee keer toe in het ziekenhuis moest worden opgenomen omdat hij ondervoed was? Het antwoord van Sonja stemt niet vrolijk. Door haar autistische handicap en haar onvermogen om te organiseren en met spanning om te gaan, had ze geen tijd om het jochie eten te geven. Te druk met haar eigen hoofd. Hulp kreeg ze ook al niet. De vader van het kind is ook autistisch. Na zijn werk ploft hij neer op de bank en blijft zitten waar hij zit.

Uiteindelijk zou het jochie bijna bezwijken onder de stoornis van zijn moeder. Op een dag lag hij zwetend en nauwelijks bij bewustzijn in zijn bedje. In het ziekenhuis werd het duidelijk. Hij had bewust een injectie met insuline gekregen. Een coma lag op de loer. Artsen wisten met een snelle actie zijn leven te redden.

Volgens het Openbaar Ministerie was het Sonja die de spuit met insuline in het nog jonge lijfje spoot. Ze wilde hem ziek maken. De reden? De autistische Sonja ging gebukt onder de spanning van een naderend familie-uitje naar de Apenheul. Ze wilde niet. En dus bracht ze het leven van haar jongste zoon ernstig in gevaar. Na het incident werden de kinderen weggehaald en naar een pleeggezin gebracht. Wat de overheid betreft zijn deze ouders ongeschikt.

In Nederland geven we mensen met het Syndroom van Down de prikpil omdat we niet willen dat ze kinderen krijgen. De gehandicapte ouders zouden niet goed kunnen zorgen voor hun kinderen. Die bovendien het gevaar lopen zeer ernstig gehandicapt te zijn. Voor massale geboortebeperking in Afrika zijn nauwelijks tegenstanders te vinden in het Westen. Zelfs economische motieven worden genoemd. Wie in Nederland wil adopteren moet bewijzen geschikt zijn.

Mensen met een zware en lastig te behandelen psychische stoornis en een verleden van ernstige labiele periodes mogen kinderen krijgen. De vraag is of dat terecht is.

Als je als mens niet voor jezelf kunt zorgen, mag je dan wel de verantwoordelijkheid dragen voor kinderen die je zorg als geen ander zo hard nodig hebben? Weegt het recht op een kind zwaarder dan het recht van een kind op een eerlijke kans?

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *