Ons beeld van een crimineel

 

Dit weblog heeft de afgelopen dagen enorm veel bezoekers getrokken. Binnen een paar dagen ongeveer 10.000 hits. Dat is veel. Daar doe ik normaal een dikke twee weken over.

Ik zou graag willen dat dit komt omdat ik beschik over uitmuntende journalistieke eigenschappen, gekoppeld aan een schier oneindig intellect.

Maar ik weet ook wel dat het alles te maken heeft met het door mij gekozen onderwerp: Milly Boele.

Dat zou je -negatief gedacht- makkelijk scoren kunnen noemen.

De vele bezoekers lieten ook reacties na en in die reacties duikt iets op wat ik eigenlijk al jaren meemaak. De mens gedijt het beste in een zwart/wit omgeving.

Wij zijn goed en de dader is slecht. Een monster.

Ik realiseer mij heel goed dat de zaak Milly Boele niet erg geschikt is voor de nuance. We mogen rustig spreken van een verschrikkelijke daad. Gelukkig nog steeds behoorlijk zeldzaam in ons land.

Maar los van deze specifieke zaak valt mij opnieuw weer op hoe zwart/wit velen denken als het in zijn algemeenheid gaat om criminaliteit. De hoogste boom is niet hoog genoeg en de langste straf niet lang genoeg. Eigenlijk willen we het liefst dat die verdomde criminelen de rest van hun miserabele leven slijten in donkere kelders op water en brood. En dan vertaal ik de vele reacties voor het gemak nog op een voor mij niet al te karakteristieke positieve manier.

Begrijp me goed. Ik begrijp die stelling best als je uitgaat van een gewetenloze groep bandieten die bij nacht en ontij op pad gaat om ons het leven zuur te maken.

De werkelijkheid is echter een andere.

Mijn collega Rob Zijlstra zegt het altijd treffend: stel je een drukke winkelstraat voor in een gemiddelde stad in Nederland en denk de vrouwen en kinderen weg.

Wat overblijft is de gemiddelde verdachte.

Ik heb in al die jaren rechtbankwerk telkens weer gezien hoe makkelijk het onder bepaalde omstandigheden kan zijn om aan de verkeerde kant van de streep uit te komen. Een uit de hand gelopen ruzie kan zomaar een doodslag opleveren. Een seconde niet opletten een levenslang trauma.

Misschien heeft u kinderen. Een zoon. Puberleeftijd. Die zoon gaat uit en kan zomaar terechtkomen in een vechtpartij. Of hij dat nu wil of niet. Groepsdynamiek, alcohol en hormonen. Dan is de stap naar de rechter niet zo heel ver meer. Een poging tot doodslag heb je zomaar te pakken.

Over deze dynamiek schrijf ik met enige regelmaat. Hier en daar krijg ik dan ook wel eens het verwijt te veel op te komen voor de rechten van daders. De heersende opvatting is dat daders hun rechten verspelen zodra ze over de schreef gaan. Dan treden ze toe tot het selecte clubje bandieten.

En het is nu eenmaal vrij gemakkelijk om de rechten af te pakken van ‘slechte’ en ons onbekende mensen. In een moeite door stellen we de meest vreselijke straffen voor.

Maar wat als we door omstandigheden zelf ineens tot die groep gaan behoren?

Geen kans!, hoor ik u zeggen. Ik ben een hardwerkende Nederlander. Ik kijk wel beter uit. Dat zal mij niet overkomen.

Ik hoor het u zeggen. U kunt het zich duidelijk niet voorstellen ooit in aanraking te komen met justitie. U bent dan ook niet bang voor zware straffen.

Het gekke is dat dit niet de eerste keer is dat ik het iemand hoor zeggen. Ik hoor het met grote regelmaat.

In zittingszaal 14 en 11 van de rechtbank in Groningen.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *