PVV heeft geen absoluut recht op regeren

Na de winst van de PVV is er een levendige discussie ontstaan over wat een democratie is of zou moeten zijn. Volgens velen moet de PVV regeren, ze zijn immers de grootste. De miljoenen kiezers van Wilders zouden anders buitengesloten worden. Kennelijk zijn die mensen niet helemaal op de hoogte van hoe onze parlementaire democratie werkt.

Het is Geert Wilders zelf die op X (het voormalige Twitter) luidkeels verkondigde dat ‘het volk heeft gekozen’ en dat hij dus met zijn partij moet regeren. Er kan wat hem betreft ‘niet gespeeld worden’ met de democratie. Gevolgd door een omfloerst dreigement: ‘anders worden we alleen maar groter’.

Zijn volgelingen knikken gedwee, niet zelden met de dwingende eis dat de PVV moet regeren omdat het volk dat wil.

Zuiver

Als je echter zuiver zou zijn en deze redenering over ‘het volk’ objectief bekijkt, dan zit het net even anders in elkaar. Dan moet je erkennen dat het volk in overgrote meerderheid (76 procent) juist niet heeft gekozen voor de PVV. In totaal koos rond de 24 procent voor de partij van Wilders en dat ook nog eens bij een opkomst van rond de 77%. We hebben het over 2,3 miljoen mensen op een totaal van 10,5 miljoen.

Dat is dus geen meerderheid, dat is niet eens de helft van een meerderheid. Het geroeptoeter over ‘het volk’ dat gekozen heeft voor de PVV is een retorische truc. Het volk is juist – zoals altijd tijdens verkiezingen – verdeeld.

Niet

Een en ander blijkt overigens ook uit een ander onderzoek, gepresenteerd tijdens de verkiezingsavond, waarin werd gevraagd welke partij de kiezers juist niet in een kabinet willen zien: de winnaar was ook hier de PVV. Ongeveer dertig procent van de kiezers wil volgens dit onderzoek juist niet dat de PVV gaat regeren. Er zijn dus zo bekeken meer mensen die de PVV niet in een regering wil hebben (30%) dan mensen die voor de populistische partij kozen (24%).

Kennelijk is het geen probleem om die 30% van de kiezers te negeren, maar mogen we die 24% beslist niet negeren. Zoals het kennelijk ook geen probleem is om de 9 zetels van D66 te negeren, maar de 7 zetels van de BBB in de regering te wensen. En zoals het ook nooit een probleem is geweest dat een van de kleinere partijen (ChristenUnie met 5 zetels) in meerdere kabinetten plaats mocht nemen, terwijl veel grotere partijen buiten de boot vielen.

Grootste

Wat wel waar is: de PVV is de grootste partij van Nederland geworden en het electoraat van VVD en NSC is overwegend van mening dat hun partij open moet staan voor regeringsdeelname met de PVV. Het is dan ook volstrekt logisch dat die partijen het voortouw nemen in de onderhandelingen voor een nieuwe coalitie en proberen om er samen uit te komen.

Wat velen echter lijken te vergeten is dat we in Nederland geen directe democratie hebben, maar een indirecte: de parlementaire democratie. We kiezen als burgers geen regering, maar volksvertegenwoordigers. Nergens op de stemformulieren staat dat je aan kunt geven welke partijen er in een regering moeten komen.

Het bedenken van beleid geven we voor maximaal vier jaren uit handen aan volksvertegenwoordigers van politieke partijen. Dezelfde partijen die onderling bepalen met wie ze een regering willen vormen. Het kabinet (minister-president, ministers, staatssecretarissen) wordt niet gekozen. De coalitie moet een meerderheid hebben in de Tweede Kamer (tenzij er sprake is van een gedoogconstructie).

Medestanders

Omdat we in Nederland geen tweepartijenstelsel hebben en geen enkele partij een meerderheid heeft van 76 zetels (bij lange na niet) zal de grootste partij (tegenwoordig kun je beter spreken van de minst kleine) op zoek moeten naar medestanders om een regering te vormen.

Die onderhandelingen draaien in essentie niet om wie de grootste is, maar om met wie je op politiek gebied genoeg raakvlakken hebt om samen tot beleid te komen. Beleid waar je ook achter kunt staan. Het doel van een kabinetsformatie is het vormen van een stabiele meerderheid op basis van overeenstemming.

Daarbij dient ook met een schuin oog gekeken te worden naar de machtsverdeling in de Eerste Kamer, waar de BBB de grootste is met 16 zetels, gevolgd door de PvdA (14 zetels). De PVV heeft slechts vier zetels in de Eerste Kamer.

Uitsluiting

Wilders oreert graag en uitgebreid over miljoenen kiezers die worden uitgesloten. Dat deed hij al toen zijn partij op vijftien zetels uitkwam in 2012 en toen hij zeventien zetels haalde in 2021. Je hoort hem echter niet over het gegeven dat de 1,7 miljoen mensen die nu op GroenLinks/PvdA hebben gestemd (25 zetels) worden ‘uitgesloten’ als hun partij niet in de regering komt.

Sterker nog: bij een coalitie met een krappe meerderheid zien grofweg de helft van de kiezers hun partij niet terug in de regering. We hebben het dan over zeker vijf miljoen mensen. Worden die dan ook uitgesloten?

Links

Het is overigens een ongehoorde gotspe dat Wilders het heeft over uitsluiten op basis van politieke standpunten. De beste man wil de NPO saneren omdat die verzameling omroepen wat hem betreft te links is, hij wil geen subsidie meer verstrekken voor linkse hobby’s zoals kunst en cultuur en ziet niets in klimaatbeleid omdat hier een linkse ideologie achter zit.

In zijn verkiezingsprogramma staat letterlijk dat hij linkse clubs (zoals Milieudefensie) geen overheidsgeld meer wil geven. Journalisten zijn volgens Wilders ook al overwegend links, ze zijn dan ook ‘tuig van de richel’. In 2019 was de PVV in de Tweede Kamer erg enthousiast over een door Forum voor Democratie gelanceerd plan voor een meldpunt voor ‘linkse docenten’. Dit om de ‘indoctrinatie in het onderwijs’ tegen te gaan.

Als iemand op basis van (vermeende) politieke voorkeur anderen uitsluit of uit wil sluiten, dan is het Geert Wilders wel.

Buitenspel

Je kunt het er mee eens zijn of niet, maar in Nederland is het zo dat een regering wordt gevormd door partijen die het op grote lijnen en belangrijke onderwerpen eens zijn. Als partijen bijvoorbeeld niet samen met GroenLinks/PvdA tot goede afspraken over gezamenlijk beleid kunnen komen, dan is het volstrekt logisch dat die partij (en dus 1,7 miljoen kiezers) op dat punt buitenspel staat.

Hoor je niemand over.

Die logica geldt echter ook voor de PVV. Als andere partijen niets zien in het beleid dat de PVV voorstaat en niet tot een compromis kunnen komen, dan is het logisch dat die partijen niet met de PVV in een regering willen en dat de PVV dus ook niet gaat regeren. In dat geval zijn het andere partijen die samen een meerderheid kunnen vormen, waarbij ongeveer evenveel kiezers vertegenwoordigd zijn.

PvdA

Nieuw is het allemaal ook al niet. Bij de verkiezingen in 1977 behaalde de PvdA 53 zetels. Je zou denken dat de socialisten op zeker in de regering zouden komen en Joop den Uyl de nieuwe premier zou worden. Maar dat liep anders. Na gesteggel over onder meer het aantal ministersposten, besloten CDA en VVD (die samen een meerderheid vormden) samen te gaan regeren. De sociaaldemocraten stonden met 53 zetels aan de zijlijn.

Bij de verkiezingen in 1982 ging het opnieuw zo. De PvdA werd de grootste met 47 zetels, maar CDA en VVD kwamen samen in de regering terecht.

Iets recenter: de BBB werd bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten de grootste politieke partij in alle provincies. Toch zitten ze niet in alle provincies in de coalitie.

Ook in het buitenland kan het gebeuren dat de partij met de meeste stemmen niet gaat regeren. We kennen allemaal nog de situatie in de Verenigde Staten, waar Hillary Clinton de meeste stemmen kreeg, maar Trump (ondanks drie miljoen stemmen minder) het toch voor het zeggen kreeg. Uiteraard kennen ze daar een ander systeem, maar ook daar noemen we het een democratie.

De wet

Het is dus een misverstand om te denken dat de grootste partij automatisch in de regering moet komen. Dat staat in Nederland nergens in welke wet dan ook. Sterker nog: dat de grootste partij de onderhandeling aan mag voeren, staat ook nergens in de wet. We doen het simpel zo omdat het logisch is.

Het is een ongeschreven wet.

Dat laat onverlet dat een groot deel van de kiezers een duidelijk signaal heeft aangegeven en nog sterker rechtsaf wil slaan. En ik heb het al eerder gezegd: wat mij betreft mag Wilders I er komen. Laat de man die al twintig jaar aan de zijlijn staat te toeteren en rellen maar eens bewijzen dat hij verantwoordelijkheid kan dragen. Laat hem zijn eigen kiezers maar eens uitleggen dat gratis bier niet bestaat en hij de problemen in dit land ook niet met een zwaai van een toverstokje op kan lossen.

Wat niet prima is, is stellen dat ‘het volk’ heeft gekozen voor de PVV en dat de populistische partij dus automatisch ook moet regeren. Zo werkt het niet in een parlementaire democratie.

Angst

De makelaars in angst, waaronder de slippendrager van radicaal rechts Wierd Duk, sorteren al voor op een volksopstand als de PVV niet mag regeren (we wachten nog steeds op de zo vurig voorspelde burgeroorlog door de ‘oprukkende Islam’, maar goed). Wilders en zijn kornuiten  doen op sociale media een aardige duit in het zakje met suggestief dreigende taal.

Het zou ze echter sieren om hun gevolg eerst eens uit te leggen hoe democratie daadwerkelijk werkt in Nederland.

Waardeer dit artikel!!

Als je dit artikel waardeert en je waardering wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Je kunt mij ook met een vast bedrag per maand steunen: klik dan hier. Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand houden.

Mijn gekozen donatie € -
Delen