Op papier lijkt het zo mooi. Rechters oordelen op basis van feiten. De logica maakt van een verdachte een dader. Maar is dat eigenlijk allemaal wel zo logisch?
Wettig en overtuigend bewezen. Daar draait het om in de rechtspraak. Het klinkt als een dubbele garantie. Klinkt.
In de praktijk valt het tegen. Een simpele aangifte is al wettig bewijs. Een korte verklaring van een getuige ook. De overtuiging is niets meer of minder dan de mening van een rechter. Het idee dat de verdachte de dader is. Omdat de aangifte overeenkomt met de verklaring van een getuige. Ook al strookt het niet met het verhaal van een andere getuige.
De rechter veroordeelde onlangs een illegale asielzoeker uit Utrecht. Hij zou een jonge studente hebben betast op haar fiets.
Hij ontkent. Liep aangeschoten op het fietspad. In gedachten verzonken. Ineens dook de fietsende studente op. Om een botsing te voorkomen stak hij zijn handen uit. Hij raakte haar op haar bovenlichaam en tussen de benen.
De rechtbank had niet bijster veel bewijs. De verklaring van de vrouw. Zij was al bang toen ze die nacht vanuit de binnenstad naar huis fietste. Zij voelde zijn handen op haar lichaam.
De verklaring van een taxichauffeur. Die had niets gezien, maar de dronken studente wel aangehoord. Ze was nogal overstuur. Bovendien zag hij haar fiets liggen. Op het fietspad.
De man zelf ontkent. Maar hij liep wel weg toen agenten hem die nacht wilden arresteren. En hij is eerder veroordeeld. Voor schennis van de eerbaarheid. Volgens zijn advocaat omdat hij zijn broek liet zakken in het openbaar.
De rechtbank kwam met het volgende vonnis.
De verdachte is de dader. Omdat de verklaring van de studente gedetailleerd is en dus betrouwbaar. Omdat de taxichauffeur de emotie zag en de verdachte wegliep van de politie.
Bovendien:
Het verhaal van de man dat hij een botsing probeerde te voorkomen is ongeloofwaardig. Want wie het gevaar van een fietser af wil wenden, zou de fiets hebben gepakt. En niet de fietsster.
Dat is logisch.
De rechtspraak lijkt te draaien om wettig en overtuigend bewijs. Feiten. Maar wat is er eigenlijk zo feitelijk aan de volgende stellingen?
Dat wat niet logisch is, is fout.
Emotie toont de waarheid.
En details overtuigen.
Wat zou jouw oordeel als rechter zijn Chris?
rechters met twee hamers.
Peter R de vries had op 22-5-2011 een mooi voorbeeld op TV die hier lijnrecht tegen over de beweering staat.
Door emotie ben je schuldig verklaart. geen bewijs van de aangeraakte plekken.
Ik kan mij een bijna gelijke ervaring vertellen.
Als tiener van 18 jaar liep ik een kruising over en een fietser probeerde mij te ontwijken maar helaas zat ik tussen de wielen en nog klem ook. de man hielp mij en pakte mij onder mijn armen om mij op te tillen, zijn handen kwamen in aanraking van mijn borsten aan beide kanten. maar de fiets bleef om mijn been zitten dus de man hielp mij om aan mijn boven been te trekken daarbij hielt ik om niet om te vallen zijn boven been vast dus een onbekend standje om maar even uit te leggen. moet ik die man nu ook aangeven als aanrander?
In het zwem bad werd mijn bovenstukje los getrokken door een man die een verkeerd arm beweging maakt. is dit dan ook aanranding.
Ik kan mij de beweging van die man wel indenken toch zal ik niet op die rechters stoel willen zitten
Ja, goed om dit weer ‘ns onder de aandacht te brengen Chris.
Jammer dat je later in het verhaal ineens met het begrip ‘overtuiging’ aankomt.
Daar bedoel je natuurlijk de overtuiging van de rechter mee waar het een en ander over wettelijk is vastgelegd.
Het gaat in jouw verhaal eigenlijk over de overtuiging van de rechter, welke rol die in het strafrechtsproces speelt en hoezeer die overtuiging afhankelijk is van wat de rechter denkt (van mensen die hij/zij mag of niet mag).
Jammer dat je dat niet duidelijker maakte.
Je brengt de lezer met jouw manier van berichtgeven misschien verder van de waarheid dan je bedoeling is.