Ook slachtoffers verhoren

 

‘Slachtoffers van zedenzaken zouden vaker gehoord moeten worden in de rechtszaal’

Met bovenstaand citaat (soms te horen in advocatenkringen) wint niemand de sympathie-prijs.

Maar hij klopt wel. 

Het is altijd oppassen als het gaat om zedenzaken. De emoties liggen aan de oppervlakte, bijna nergens zijn slachtoffers zo slachtoffer en daders zo verschrikkelijk dader. Maar wie het aandurft om de eigen (logische) emotie opzij te zetten, kan tot verassende uitkomsten komen. 

Er zijn dit jaar nogal wat zedenverdachten vrijgesproken in de rechtbank in Groningen. Ze moeten het nodige hebben meegemaakt. Door justitie opgepakt, soms vrouw en kinderen in vertwijfeling achterlatend, lange weken/maanden in een cel. Ergens stapte een meisje of vrouw naar de politie om aangifte te doen van verkrachting, aanranding of ontucht. En dan zit je ineens in een cel.

Als ik zo’n zedenzaak zie ontwikkelen in de rechtszaal, dan denk ik soms: ‘ik wil het slachtoffer wel eens zien. Ik wil haar horen’. Niet uit sensatie, maar omdat een slachtoffer soms vraagtekens oproept. Twijfel. Omdat je soms voelt dat er veel meer achter een aangifte zit. Omdat je soms voelt dat het slachtoffer zelf ook niet aarzelde toen ‘het’ gebeurde en pas achteraf schrok.

Er lopen meisjes op deze wereld rond die gekke dingen verzinnen. Die zo jaloers zijn dat ze daarom iets verklaren wat er misschien helemaal niet is (of maar deels). Of zo angstig dat ze van een giechelig seksexperiment met een iets oudere jongen, een verkrachting maken. Als de bal van de vervolging eenmaal rolt, is er geen houden aan.

Ik zeg niet dat de slachtoffers in de diverse vrijspraken keihard hebben gelogen. Ik zeg niet dat er niets is voorgevallen. Maar soms hebben de slachtoffers de schijn tegen. Soms is er een reden om het onwaarschijnlijke excuus van de verdachte (‘ze heeft het allemaal verzonnen omdat ze jaloers is op een ander meisje’) wel (wellicht deels) te geloven.

In dergelijke twijfelgevallen is het verstandig om het slachtoffer op zitting te horen. Zodat de drie
strafrechters persoonlijk vragen kunnen stellen. En de advocaat. En de officier van justitie. Het zal pijnlijk zijn, maar dat zijn rechtszaken wel vaker.

Ik heb een dergelijk verhoor eens gezien bij het hof in Leeuwarden. Twee slachtoffers van een verkrachtende politieagent moesten hun pijnlijke verhaal opnieuw doen. Ook al wilden ze niet.

Het was geen pretje. Het was zelfs vernederend te noemen. Ik kan me nog wel herinneren dat ik mijn eigen persoonlijke verontwaardiging maar moeilijk uit de krant kon houden.

Maar het gaf wel duidelijkheid. De agent werd veroordeeld. Hij was schuldig.

Maar als de uitslag anders is, dan dient ook dat de waarheid. Een ongemakkelijke waarheid wellicht (soms heeft de dader gelijk), maar desalniettemin een waarheid.

En daar zou het in iedere rechstzaak nog altijd om moeten gaan. Hoe pijnlijk soms ook.

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *