Strafrechter Wedzinga zelf in verdachtenbankje

 

De laatste post op het weblog van voormalig raadsheer (rechter) Wicher Wedzinga uit Groningen begon als volgt:

De strafrechter in het verdachtenbankje?

6 augustus 2008

Onder de titel “falende rechters vaker bestraffen” verscheen onlangs een artikel in o.a. De Gelderlander waarin een groep advocaten en rechtswetenschappers pleit voor het uitbreiden van de mogelijkheden om rechters die tekort schieten en fouten maken te bestraffen. Tevens zouden rechters hun oordeelsvorming “opener” moeten motiveren.

 

Einde citaat.

Gisteren werd duidelijk dat Wicher Wedzinga opnieuw voor de rechter moet verschijnen. Na strafzaken over zware mishandeling, poging doodslag, afpersing, bedreiging en het onterecht voeren van de titel advocaat volgt nu een strafzaak over schending van het ambtsgeheim.

Een geheim niet langer geheim.

Wedzinga heeft als raadsheer van het Hof in Leeuwarden ooit een zekere Danny K. veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf jaar. Later gaf hij aan dat hij twijfels had en dat hij zich in de raadkamer heeft laten overtuigen door zijn twee collega’s. Maar niet van harte.

Hij bracht zijn twijfels over aan de verdachte en diens advocaat. Open over de oordeelsvorming.

En dat mag dus niet.

Dat wat in de raadkamer besproken is, mag deze raadkamer nooit verlaten. Het geheim van de raadkamer. De rechtbank dient met een unaniem oordeel naar buiten te treden.

Van mij mag dit geheim morgen verdwijnen. Ik vind dat rechters wel eens wat meer verantwoording mogen afleggen. Geef helder weer hoe het beslissingsproces tot stand is gekomen. Dat recht moet de dader hebben.

Maar:

Wedzinga heeft na zijn ontslag (volgend op de mishandeling van zijn toenmalige vriendin) zelf de aanval gekozen. Eerst door uitgebreid (en vrij eenzijdig) zijn verhaal te doen bij NOVA. Door een hele pagina te vullen in het NRC en door zijn ex te pas en te onpas verbaal aan te vallen.

Bovendien begon hij een weblog. Op zich niets mis mee, ware het dat hij daar zwaar en wat mij betreft zeer ongenuanceerd de aanval opende op alles wat hem niet welgevallig was. Gedreven door rancune. Begrijpelijk wellicht, maar niet echt een zuivere reden.

Kritiek, zeker van binnenuit, is toe te juichen.

Maar de toon op zijn website, de ongerichte frustratie en de rancune. Daar komen brokken van. Dat kon niet anders.

Het schenden van het ambtsgeheim is een ernstige aangelegenheid.

Maar je kunt er ook je schouders over ophalen. De twijfel is openbaar gemaakt, de rechter is niet meer in functie, de rechtsorde is niet geschonden. Door waar we waren gestopt.

Ik denk dat de verbale aanval van Wedzinga (op onder meer rechters en advocaten) hem in deze zaak parten gaat spelen. Het gaat niet meer louter om het schenden van een ambtsgeheim.

Het lijkt erop dat Wedzinga de verkeerde slapende honden wakker heeft gemaakt.

En die beginnen nu te blaffen.

En zoeken een stok om mee te slaan.

 

Schenden van het ambtsgeheim (art 272 WvSr) is een misdrijf. Er staat maximaal een jaar gevangenisstraf op of een boete van de vierde categorie (maximaal 18.500 euro). Wedzinga loopt nog in een proeftijd van een eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden. 

Delen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *