Ik vind principeel dat je niet moet juichen bij een veroordeling. Dat hoort niet.
Maar.
Toen ik las dat pedojaagster Yvonne van Hertum haar straf niet ontloopt, maakte me dat wel even een klein beetje blij. Niet zozeer om het kwalijke van haar pedojacht (mag nooit de taak zijn van burgers, laat staan haatdragende burgers), maar meer omdat het nog eens duidelijk maakt dat je niet zomaar van alles op het internet kunt zetten of beweren.
Dat kan je dus zelfs een aardige celstraf opleveren.
Dit was wat het Gerechtshof in Den Haag er specifiek over heeft gezegd:
‘De verdachte heeft tezamen met haar mededader(s) het slachtoffer welbewust beschuldigd van het voeren van een erotische chat met een minderjarige. Dat deze chat erotisch getint was, is naar het oordeel van het hof niet gebleken, evenmin als dat de chatsessie met een minderjarige is gevoerd, terwijl zelfs niet vaststaat of en, zo ja, in hoeverre het slachtoffer bij die sessie betrokken was. Aldus heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan het welbewust aantasten van de eer en goede naam van het slachtoffer.’
Het Gerechtshof stelt zelfs dat het aantasten van de eer en goede naam strafverhogend werkt als het op het internet staat:
‘Het hof kent bijzondere betekenis toe aan het door de verdachte en haar mededader(s) gekozen medium, te weten het internet. De aard van dat medium maakt een slachtoffer van zo’n aantijging in verhoogde mate kwetsbaar, mede omdat geenszins denkbeeldig is dat het slachtoffer daardoor tot in lengte van jaren wordt achtervolgd met alle maatschappelijke gevolgen van dien.’
Een behoorlijke straf dus, maar het Hof gaat nog een stapje verder. In het vonnis staat nadrukkelijk een waarschuwing voor ons allen. De zogenaamde generale preventie.
‘Het hof is van oordeel dat met de op te leggen straf moet worden ingescherpt dat het handelen van de verdachte en haar mededader(s) strenge afkeuring verdient en dat aldus – gelet op de ernst van het bewezenverklaarde feit en de omstandigheden waaronder dat feit is gepleegd, alsmede vanuit een oogpunt van zowel speciale als generale preventie – een deels onvoorwaardelijke gevangenisstraf van navermelde duur een passende en geboden reactie vormt.’
Ik vind het een mooi vonnis. Het internet is niet meer weg te denken uit onze samenleving en ook justitie is volop bezig grip te krijgen op wat in eerste instantie ongrijpbaar lijkt. Ik vind deze ontwikkeling persoonlijk erg boeiend. Omdat je aan de ene kant de vrijheid van meningsuiting hebt, maar aan de andere kant ziet dat die vrijheid door velen wordt misbruikt.
In het laatste nummer van het tijdschrift van justitie (Opportuun nr 5 van 2009) omschrijft persvoorlichter Mary Hallebeek het als volgt:
Het medialandschap verandert waar je bij zit. De traditionele media zoals kranten verliezen terrein en sites, weblogs, twitter en communities veroveren het. Wat kan het web 2.0 voor ons betekenen? Een antwoord is lastig te geven. User generated content gaat niet uit van de traditionele journalistieke principes als het controleren van bronnen of hoor en wederhoor, de huisregels worden met voeten getreden en moderators zijn onzichtbaar en moeilijk te bereiken…En wat te doen met de vele postings onder berichten op websites waaruit een volslagen gebrek aan kennis over de Nederlandse rechtspraak blijkt. Heeft het zin en is het te doen om dit in de gaten te houden, om erop te reageren?
Ik weet uit eigen ervaring dat dit geen zin heeft. Het internet is het moderne Wilde Westen. In alle anonimiteit voelen mensen zich vrij om onzin uit te kramen en anderen zwart te maken. Dat daarbij de waarheid als eerste sneuvelt, het zal velen een worst zijn. Het gaat niet eens om de waarheid, het draait om het grote gelijk.
Het internet zal, net zoals de traditionele journalistiek doet, zelf verantwoordelijkheid moeten tonen. Door zorgvuldig te zijn met wat er allemaal op het net komt. Door aan hoor en wederhoor te doen. Door feiten te checken. Fatsoenlijk te blijven.
Dat is de oplossing.
Maar ik weet dat het niet zal werken.
Het internet geef macht aan allen. Stabiel en labiel. Een uitlaatklep. Een manier om mee te tellen.
Maar macht is een gevaarlijk instrument.
En met macht moet je om kunnen gaan.
.